Ik ga mezelf niet afficheren als een misantroop, hoewel ik op gezette tijden wel last heb van mensen in het algemeen. Omdat dit niet chronisch is, maak ik me geen zorgen. Sterker, ik vind het soms een prettige, hoewel geen gemakkelijke, instelling. Het maakt je kritisch, hoewel dat doodvermoeiend kan zijn. Het zogenaamde mindfucken ligt altijd op de loer en dat is destructief.
In zo’n misantropische bui, kan ik een gloeiende hekel krijgen aan bepaalde termen. Ik krijg bijvoorbeeld acuut rode bultjes van de term ‘mensen-mens’, wat een godvergeten jeukterm is dat. Gadverdamme. Op dit moment ben ik niet misantropisch, kun je nagaan hoe ik over mensen-mensen denk op mindere dagen.
Wat is nu een mensen-mens? In een eerste opwelling zou ik denken dat is iemand die van mensen houdt? Maar doen we dat in wezen niet allemaal, uitgaande van de goedheid van mensen en het zijn van een sociaal wezen. Ziet u, ik ben geen geboren calvinist, zo misantropisch ben ik niet.
Of zou een mensen-mens iemand zijn die goed met andere mensen kan omgaan? Volgens mij kunnen de meeste mensen dat in meer of mindere mate. Je eigen socialisatieproces maakt dat je met de ene minder goed kan, dan met anderen. Zolang je dat van elkaar accepteert, is er niets aan de hand. Gelukkig zijn de mensen met ernstige psychische defecten of anderszins persoonlijkheidsgestoord, ver in de minderheid, tenminste dat denk ik nu, maar in een misantropische bui denk ik er beslist anders over.
Of kan een mensen-mens met iedereen opschieten, een soort kameleon die qua omgangsvormen zich constant aanpast en niet zich zelf is. Ik zou dat soort mensen ernstig wantrouwen, misschien wel misantropisch worden. Niets mooier dan een oorspronkelijk mens met zijn hebbelijkheden en zijn onhebbelijkheden.
Soms zijn het wat zweverige types die zichzelf tot mensen-mens bombarderen. Nu moet ik bekennen dat ik deze mensen niet serieus neem, maar ze zijn in het algemeen totaal ongevaarlijk, vaak zelfs charmant in hun naïviteit. Het wordt anders als managers of directeuren, politici of bestuurders zich mensen-mens gaan noemen. Dan moet je gaan oppassen. Je ziet ze zo staan voor een groep werknemers op de dag dat ze zichzelf moeten introduceren. Handenwrijvend noemen ze hun naam, ratelen hun hele CV op alsof ze niet doorhebben dat niemand daar in geïnteresseerd is. Bovenal gaan ze uit van een goede samenwerking. Breed gesticulerend, zoals ze hebben opgepakt tijdens de peperdure seminars human resource, zetten ze hun woorden kracht bij, zoiets als Mark Rutte nog iedere keer doet en daarbij steeds ongeloofwaardiger wordt. “Dat zal toch wel lukken, dat samenwerken?” roept de man of vrouw naar het gehoor. ‘Ik ben immers een echte mensen-mens.’ Een teiltje moet worden aangesleept, maar tot echte vomeren ga ik over als de toevoeging komt, ‘A peoplesmanager.’ Het zweet breekt me van alle kanten uit bij die kretologie: ‘Een mensen-mens, a peoplemanager, gadverdamme, je bent niet goed wijs.’
Als je van mensen houd, dan moet je dat je dat zeker niet uitroepen, want daarmee geef je je gebrek aan mensenkennis al bloot. En als je met iedereen kunt omgaan, of te vriend wilt houden, dan ben je bij voorbaat al een slecht manager. Maar het gevaar dreigt dat een mensen-mens-manager zich vooral gaat ontpoppen tot een onbetrouwbare kameleon. Zo één die helemaal niet van mensen houdt, volstrekt onbetrouwbaar is en vooral van zichzelf houdt, of dat zelfs niet eens. Mensen-mensen, driewerf gadverdamme, ik word er subiet misantropisch van.
Helemaal eens.
Antoinette, ik hoop natuurlijk voor duizenden te schrijven, hoewel het de laatste week met gemiddeld 250 hits niet slecht gaat, maar één trouwe volgeling is ook fijn, zo’n misantroop ben ik nu ook weer niet.
Je schrijft vaak zo duidelijk wat ik ook denk, dat ik er niets aan kan bijdragen, het zou dan een warboel worden, ik ben niet zo goed in schrijven.
vomeer gerust, werkt vast ontgiftend
maar ik snap die uitdrukking wel, je hebt boekenmensen, dierenmensen, gamemensen, mensenmensen en aapmensen:)
ik ben zelf geen mensenmens, maar ik herinner me op de havo een bloedmooi blond meisje
die vertelde later met mensen te willen gaan werken, omdat ze graag nieuwe mensen wilde leren kennen, het meisje stond altijd in het middelpunt met een dikke kring groupies om zich heen,
ze bestaan dus, ik denk dat ze een geweldige peoplesmanager zou zijn geworden
helemaal niet onbetrouwbaar, want iedereen doet uiteraard wat ze wil, uit angst uit de gratie/de lichtkring te vallen
Assyke wat een geweldige manier heb je om me op een spellingsfout te wijzen: vomeren is inderdaad met een v.
Ik denk ook wel dat ze bestaan, alleen als ze zichzelf gaan uitroepen tot…….dan moet je oppassen
Tja, mensen die andere mensen willen helpen, voelen zich een stukje beter dan die anderen. Heel vaak de valkuil (valkuil? brr) bij verpleegkundigen, onderwijzers en managers.
Elsje, er zit voor mij echter een groot verschil tussen mensen die met mensen willen werken (en daartoe misschien niet voldoende inzicht hebben) en mensen die op basis van het mensen-mens zijn dingen over andere mensen willen zeggen.
Dat heb je toch maar mooi gepiepeld Vincent.
Weet je, jij mag niet klagen over je mensen-menskunde. Ik lees je telkens weer met plezier en een brede grijns.
Ceesgegroetje
Altijd welkom uiteraard, tja die pretentie van mensenkennis heb ik wel, hoewel het op papier beter tot uiting komt dan soms in het dagelijkse leven en daar heb ik weer een brede grijns over zelfspot bij mezelf, dat is trouwens een goede basis om mensen te observeren
Ha, lekker… 😀
Ja, ik snap je helemaal. Meisje-meisje, is ook zo nagelbijtend irritant