Plaatjes en Kletspraatjes: Kroketten in Nijmegen

28 jaar geleden was ik nog geen vader. De kermis van 1994 was de laatste die ik samen met de moeder van onze kinderen in ons kinderloze bestaan mocht vieren. We slenterden over de kermis, het was druilerig weer. De zwangere buik van mijn partner nodigde niet uit om allerlei attracties te bezoeken, integendeel. We liepen naar een voor ons nieuw Mediterraan Restaurant in de buurt van het Koningsplein. Het was nieuw en goed werd gezegd. Het zou voorlopig wel eens het laatste rustige etentje kunnen zijn. Inmiddels bestaat het restaurant al niet meer. Ik moest er vandaag aan denken toen ik wachtte op een lunchafspraak met een collega. We zouden kroketten eten.

Ik moest een boef bezoeken, hem spreken om er daarna iets verstandigs over te zeggen voor de rechtszitting. Als je dan toch in Nijmegen moet zijn, vind ik het altijd leuk om er even rond te lopen. Ik heb er immers vijftien jaar met veel plezier gewoond en mijn beide zoons zijn er geboren. Ik moest er dus aan denken bij het zien van het reuzenrad dat vandaag werd afgebroken. Mijn zoon wordt bijna 28 jaar.

Maar mijn zoon is niet de reden om een blogje te schrijven. Integendeel, hij zou het eigenlijk helemaal niet leuk vinden dat zijn vader lichtelijk weemoedig terugkijkt op bijna 28 jaar vaderschap. Hij leest mijn blogjes dan ook gelukkig niet. Blogjes schrijven is zo’n boomertijdverdrijf!

Het blogje werd geboren door mijn verbazing over bovenstaande foto. De foto is niet mooi, niet bijzonder en waarschijnlijk fototechnisch onder de maat. Maar er ontbreekt iets op de foto en daarvoor moeten we terug naar 1987 of 1988.

Ik had mijn auto geparkeerd op de Wedren en dacht, ik loop even langs mijn oude studentenflat. De echte Nijmegenaar had natuurlijk de Jacob Canisstraat allang herkend. Op de derde verdieping met zicht op de Bergendalseweg heb ik een aantal jaren mijn studentenhokje met veel plezier bewoond. Wat de aanleiding was weet ik niet meer, maar een studievriend was destijds student-bestuurslid van de SSHN (Stichting Studenten Huisvesting Nijmegen) en vroeg of ik nog iets voor de volgende vergadering had. Ik kon niets bedenken, keek eens naar buiten en zei, misschien kun je de brandveiligheid van deze flat benoemen. Zelf ben ik nooit bang geweest of maar een moment gedacht aan onveilige situatie op driehoogachter. De voordeur was immers aan de andere kant. Sterker nog, ik kan me zo voorstellen dat ik gedacht heb, het is toch allemaal beton, dat vat geen vlam.

Met jeugdig enthousiasme en een grote dosis scoringsdrift van mijn studiegenoot, agendeerde hij brandveiligheid in de vergadering. Een half jaar later, of misschien nog wel sneller was er een heuse lelijke brandtrap ter hoogte van de balkons op de foto. De laatste drie meter moest je wel springen. Bij mijn weten heb ik er geen foto’s van, maar u moet me maar geloven. Het kostte een lieve duit en iedere keer als ik er langs kwam moest ik glimlachen. Het had iets betekenisvol. ,,Als ik er niet geweest was, dan……… Mijn leven heeft zin gehad, naast de rijkdom van twee zonen natuurlijk.

Op deze dag in oktober 2022, zie ik dat er nieuwe groepjes studenten de vergadering binnen de SSHN mogelijk hebben beïnvloed. Esthetische redenen moeten ongetwijfeld de oorzaak zijn om de lelijke brandtrap ‘van mij’ te laten verdwijnen. Misschien zijn ze niet bang meer? Misschien is de vluchtroute nu anders georganiseerd? Ik ben te weinig onderzoeker om dat na te gaan. Ik accepteer dat de wereld verandert en dat de brandtrap er niet meer is. Alles draait (door) zoals Ellen ten Damme zo mooi zingt. Ik loop door de stad in en vind Nijmegen nog mooier dan 30 jaar geleden. Het is maar goed dat alles draait. Zo’n boomer dat vroeger alles beter was ben ik dan weer niet. De kroketten waren trouwens ook lekker.

Plaatjes en kletspraatjes: Aalborg zien…..en dan sterven

The New York Times wist te melden dat Aalborg één van de 52 steden is die je moet bezoeken in Europa. En wie trapt er in? Ondergetekende!!!! Maar dat weten we nu. Gisteren maakte we nog plannen en na de rust van de rest van Noord Jutland, ook maar eens een echte stad. De nummer vier van Denemarken, niet groter dan Arnhem of Nijmegen. Dus het moest te doen zijn. De plaatjes waren heel veelbelovend.

Het was even zoeken het was namelijk best druk. Deze beslist niet onaardige stad had de toeristeninformatie ter plekke niet echt op orde. Normaal gesproken zou dat een pré zijn, maar nu wilde we naar het Quartier Latin van Aalborg. Schuimen en scharrelen langs de pittoreske straatjes die op internet werden beloofd. Uiteindelijk vonden we het, na eerst langs andere monumentale panden gelopen te hebben, met dezelfde winkelshit als overal. De panden waren aardig, maar mijn hart ging niet sneller kloppen. De beroemde straatjes bleken er welgeteld twee te zijn. Diep teleurgesteld dronken we een cappuccino tegenover het pand van de plaatselijke afdeling van het Leger des Heils.

En ja, er leek een markt te zijn voor de onbehuisden. Ik denk dat de enige grote stad in de omgeving alle Malle Pietjes in de wijde omgeving aantrekt. Het aangeharkte Denemarken was hier iets minder aangeharkt. Toen ik even bij de voordeur keek, hing er een jaarprogramma. Een lieve bejaarde soldate kwam naar me toe en nodigde me uit om binnen koffie te komen drinken als ons duurbetaalde cappuccino op was. Als we dat eerder hadden geweten hadden we zomaar 98 Kronen bespaard en die had ik graag geschonken aan het Leger ter plekke. (voor de Nederlandse rekenaars, €13,- ) Het mocht niet zo zijn. Op het terras bekeken we de plaatjes op internet en nader beschouwd waren dezelfde straatjes  1.000.000 keer gefotografeerd. Vandaag voeg ik mijn aandeel er aan toe. Met goed zoeken vonden we nog een paar huisjes die we niet gezien hadden, dus toch maar even terug nu we er toch waren!

We kunnen stellen dat de citymarketing van Aalborg aardig heeft gewerkt. Er is niets mis met de stad en goed, eerlijk gezegd we waren met onze hond, dus geen museum; en goed het was vandaag de derde dag van mijn zoveelste poging om te stoppen met roken. Dat zijn weliswaar hindernissen, maar het viel toch een beetje tegen. Echt, al liegen de foto’s mogelijk anders.

Plaatjes en kletspraatjes: Vervanging voor kankerverwekkende zonnebrand!

Omdat zitten het nieuwe roken is, probeer ik minimaal twee keer per dag tijdens mijn zittende werk een kort verkwikkend wandelingetje te maken. Het gaat om de beweging, maar het is wel geinig dat je binnen  korte tijd de stuwwal in Arnhem kan aflopen om een snufje Rijn te pakken. Of je loopt achter de kunstacademie langs en kijkt in de spannende ondoordringbare tuinen naar boven. Vandaag liep ik achter Artez in Arnhem en bijna toen ik weer terug wilde, stond mijn hart even stil.    ,, What the fuck!?”

In een splitsecond bevond ik me in een achtbaan van allerlei vreemde gedachten. Is er een chemische oorlog uitgebroken? Het kan maar zo in deze tijden. Misschien is het nu echt vijf over twaalf en geselen de weerelementen de mensheid. De ene biologische rampspoed volgt de andere op.  Ook dit is niet ondenkbeeldig, maar dan toch niet zo dicht bij huis? Ik houd wel van de ‘vervanmijnbedshow’, dus deze aanblik tijdens mijn gezondheidsloopje bevalt me niet. Of hebben de jongens en meisjes kunstenmakers een opdracht gekregen: , Doe een bekende kunstenaar na, maar gebruik natuurlijke materialen.’ Het ene clubje dresseert een grote hoeveelheid rupsen, de andere pakt een paar bomen in vlak achter de school en ze noemen het de ondraaglijke lichtheid van de raffelmaatschappij. Ik zeg maar wat. En de meester of juf van de kunstenaars vertelt een pakkend verhaal over Christo uit Bulgarije.

 
Die splitsecond is gelukkig zo klaar, ik denk weer na en vermoed rupsjes, maar niet de eikenprocessierups. Nader onderzoek leert dat de spinselmot (of stippelmot) zulke spooky bomen creëert. Weer wat geleerd, ik had het overigens nog niet bewust gezien. Het brengt me wel op een lumineus idee. Want het produceren van schone kunsten al dan niet door de rupsen, mag best gepaard gaan met een commerciële insteek.
Als we nu eens het gerucht de wereld in helpen dat het ragfijne spinselmottenweb goed is om het kankerverwekkende zonnebrand te vervangen. Er is zo een groep mensen te overtuigen dat dit echt waar is. Voor €50,- mogen zonaanbidders met angst voor zonnebrandcrème een bad nemen in deze natuurlijke toestand. Ik wil er wel staan en het geld innen. Let op, staan, want zitten is immers het nieuwe roken.