Begrip, van de dag (186) Een gezellige racismediscussie

 

 

 

EEN GEZELLIGE RACISMEDISCUSSIE

 

Ha, gezellig we hebben weer een nationale racismediscussie. Net nu ik definitief heb besloten dat de Zwarte-Pieten discussie een grachtengordeldingetje is en ik Silvana Simons niet zo’n dappere DENK vrouw vind, hebben we iets nieuws gevonden. Een kunstwerk in de Keukenhof houdt de gemoederen de hele dag al bezig. Ik weet niets van kunst, ik vind er soms wat van al zul je me nooit horen zeggen van mijn neefje van drie die ook heel handig is met potloden. Een neefje van drie kan in ieder geval niet zo’n beeld maken, dus het moet wel kunst zijn.

Ik begrijp niet zo goed wat een naakte mevrouw bij de Keukenhof moet, maar dit terzijde. Nu lees ik dat het thema van dit jaar de Gouden Eeuw is. Een denkrimpel ontstaat, want de naakte mevrouw is een zwarte mevrouw. Nu zou Johan Cruijff in brons ook een zwarte Johan Cruijff geworden zijn. Dat is de eigenschap van brons. Als dit beeld nu speciaal gemaakt was voor het themajaar in de Keukenhof, dan is een discussie te rechtvaardigen. Het beeld staat er al vijf jaar. De polemiek is van vandaag. Trouwens wat ik wel weet van kunst, het moet maatschappelijke thema’s in gang zetten. Dat doet het. Argumenten van tegenstanders om het beeld weg te halen zijn dus vanuit die optiek laakbaar.

Een beeld dat al vijf jaar rustig tussen de tulpen zit, is vandaag een steen des aanstoots. Racistisch en seksistisch! Nu durf ik toe te geven dat het me meteen opviel dat het een mevrouw met grote borsten was. Om de tegenstanders tegemoet te komen, ik ben dus blijkbaar een beetje seksistisch. Ik ga er aan werken. Het blijkt dus een zwarte mevrouw. Maar als het nu een witte mevrouw was geweest, of erger nog een witte mijnheer? Wat dan? Krijgen we dan te horen dat groepen in de Nederlandse samenleving niet vertegenwoordigd zijn? Publieke fallussen in kunstvorm in de publieke ruimte is voor de overgrote meerderheid een stapje te ver. Dus een naakte witte mijnheer is geen alternatief en zou dan in marmer gemaakt moeten worden. Mijn conclusie, de discussie is de zinloze mantra die we al jaren horen. Hoe je zinloos en mantra in een beeld moet vangen weet ik niet, maar dat zou een optie zijn. Dan mag deze mevrouw, zwart of wit, wel bij mij in de tuin. Ik geef haar dan wel een mooi regenboogtruitje om iedere zweem met seksisme weg te halen.

Begrip, van de dag (143) Het JC-dilemma

 

 

 

HET JC-DILEMMA

 

Dat is nog wel even een dingetje vandaag, waar gaan we het over hebben? Johan Cruijff of die andere JC want het is immers Witte Donderdag. Dat is een dilemma natuurlijk, maar daarmee is het begrip van de dag geboren, het JC-dilemma. Zojuist kom ik terug van het boodschappen doen en de EO doet verslag van de Passion in Amersfoort via de radio. Nota bene door de EO is de introductie van het programma dat ze op dezelfde dag gestorven zijn. Nu ben ik mild katholiek grootgebracht en katholieken staan erom bekend niet zo bijbelvast te zijn, laat staat mild-katholieken, maar het was toch echt Goede Vrijdag dat Jezus Christus gekruisigd werd. En dat wordt nu herdacht via een mediaspektakel in Amersfoort.

Maar met het onverwachte sterven van Cruijff krijgt JC vandaag een hele andere dimensie. Heel Nederland schrok in oktober al met de mededeling dat Cruijff ziek was, de diagnose longkanker. Als roker zijn dat juist de momenten dat het wegkijken niet meer helpt en dat je even heel bewust wordt van de gevaren. Maar als Johan Cruijff dan zo snel na de diagnose overlijdt, dan ga je nadenken, echt nadenken. Ik weet niet eens of Nederlands nummer 14 gestorven is aan longkanker of aan de gevolgen van de behandeling. Jezus Christus, wat is dat snel gegaan zeg.

Hedenmiddag sprak ik nog met enkele collega diehard rokers of er nog een stopdatum in het verschiet lag. U weet wel van die standaardpraat door en voor rokers, tijdens het roken van een tussendoor-sigaretje. Ik meldde dat de planning ergens in april zou zijn, in ieder geval wil ik nog wel even ongestoord een weekend naar Lissabon zonder gezeik van mezelf over afkickhumeuren. Na vandaag weet ik de datum, over 14 dagen is mijn stopdag, 6 april rook ik mijn laatste sigaret en vanaf 7 april niet meer. Facta non verba!!!!

Kakelkrant van Sprakeloos 38: Cruijff mogelijk redder van Nederland

Niets menselijks is mij vreemd. Ik moet eerlijk toegeven dat ik met leedvermaak moet lachen om de situatie bij Ajax. Wat wil je, als Feyenoordfan heb je het de laatste jaren niet zo heel gemakkelijk gehad.. En het ergste is dan de hoofdstedelijke arrogantie die dat opleverde. Het kan verkeren, zoals de laatste maanden blijkt.

Toch moet ik zeggen, bij nadere beschouwing, is er voor ons allemaal iets te leren van de Amsterdamse soap bij Ajax, ook voor niet voetballiefhebbers. En in dit geheel zie ik Johan Cruijff als de verkondiger van de belangrijke boodschap. Of hij de Messias zal worden, moet de komende 106 afleveringen van de soap nog maar blijken.

Wat is de boodschap van Johan? Ik leer van die hele klucht dat Johan op zijn Cruijffiaanse wijze ‘DE NEDERLANDSE ZIEKTE’ boven tafel weet te halen. De Nederlandse ziekte, hoor ik u denken, wat is dat? Ik zal u het in simpele bewoordingen duiden aan de hand van de komedie Ajax 2011.

 

We hebben een voetbalclub met een roemrucht verleden. Grootheden met kennis van zaken, de werkvloer krijgt terecht invloed. Voetbal is immers de corebusiness. De dynamiek bij de club is echter dat zakelijke belangen een tweede laag aan het creëren is. Een laag die zich gemakshalve de bovenste laag gaat noemen, met beslissingsbevoegdheden en belangen die niets meer te maken hebben met voetbal. Ajax is twee werelden geworden, de werkvloer (voetballers, trainers en supporters) en een zelfstandige laag van bestuurders. Er is geen verbindingen meer tussen beide lagen en het gaat mis, faliekant mis. Boodschapper Cruijff bevecht de bepalende, maar van iedere kennis ontspeende laag der bestuurders”

DE HOLLANDSE ZIEKTE met mijn definitie: Twee niet communicerende delen van een organisatie die veenbranden tot gevolg kan hebben.

In dit geval is Ajax het lijdende voorwerp en u weet hoe veenbranden opeens kunnen oplaaien.

Valt het kwartje al bij u als het gaat om het nationale belang dat Cruijff, bewust of onbewust aanschouwelijk maakt aan ons eenvoudige Nederlanders? Nee? Gaat u eens kijken naar andere sectoren in de samenleving, de gezondheidszorg, onderwijs, politie etc. Overal mensen op de werkvloer die heel goed weten wat er nodig is om hun corebusiness te laten werken, maar gehinderd worden door procedures, overmatige controle en bureaucratie. Allemaal processen bedacht door een bestuurslaag die maar een belang heeft, zichzelf in stand houden en geen weet meer heeft van de werkvloer.

Johan Cruijff, je brengt nu de heldere boodschap. Misschien wordt je echt eens de Messias. Dat ik deze woorden nog eens zou uitspreken als Feyenoordfan. Het lijkt ongehoord. Voor Johan Cruijff is het simpel: “Of zij eruit of hun eruit.”

Een Kuip dagje is een puik dagje: Feyenoord – Heerenveen 280811

IN DEN BEGINNE

Er waren eens twee mensen, mijn vader en moeder, heel rustige mensen. Op een genoeglijke voorjaarszondag in 1974 werd de rust heel onverwacht verstoord. Gekluisterd aan de radio, Langs de Lijn, schreeuwden ze het uit. Mogelijk Theo Koomen kondigde het kampioenschap van Feyenoord aan. Ik zeg met opzet ‘ze’ want voetballen dat deed ik voornamelijk zelf, de rest interesseerde me niet. Sinds dien was dat anders. Na dat ik getroost werd, ik was enorm geschrokken, ben ik het voetbal gaan volgen en uiteraard was Feyenoord mijn club. Op het schoolplein was ik voortaan Willem van Hanegem of Eddy Treytel als ik keeper was. Op mijn manier is de liefde voor de club nooit meer weggegaan. ’s Zondags Langs de Lijn en Studio Sport met het spreekwoordelijke bord bami natuurlijk. Later is dat minder frequent geworden, maar altijd teletekst bij de hand. Als jongetje ben ik twee keer met mijn vader naar het Diekmanstadion in Enschede geweest om Feyenoord te zien, twee keer heb ik Feyenoord zien spelen in Deventer, één met Johan Cruijff in de gelederen en in 1983 hadden we kaartjes voor de match in het Olympisch stadion.

Eenmaal groot geworden, bleef het liefde op afstand, maar met met oudste zoon moest ik beslist naar een wedstrijd en het werd De Graafschap in Doetinchem, een beroerde wedstrijd met Peter van Vossen nog in het team. Het heeft daarna bijna tien jaar geduurd voor hij mijn Feyenoordpassie heeft overgenomen. Ondertussen was ik op mijn 41e voor het eerst in De Kuip geweest voor een wedstrijd tegen Vitesse. Recent pikken we af en toe een wedstrijd mee via ‘Eredivisie Live’.

Mijn broer stelde voor een seizoenkaart te delen zodat we ieder met onze beider oudste zonen naar de thuiswedstrijden konden gaan. ‘Strak plan.’ Op zijn kaart en die van zijn jongste zoon konden wij immers ook met clubcard naar binnen en die had ik inmiddels al half jaar. Vanmiddag was het zo ver, de wedstrijden zijn eerlijk verdeeld, en de primeur was voor mijn zoon en mij, Feyenoord-Heerenveen.

 

TOEN WIJ NAAR ROTTERDAM VERTROKKEN

Toen wij naar Rotterdam vertrokken, vertrokken wij dan richting De Kuip. Printje mee voor de juiste route, de 128 kilometer verliepen probleemloos en op advies van mijn broer, die al een paar keer vaker was geweest, parkeerden we de auto bij metrostation Lombardije, veilig, gratis en goed loopbaar naar het Stadion. Een primeur voor mijn zoon die zich heeft ontwikkelt tot een wandelende encyclopedie. Hij weet veel nieuwtjes, roddels en achterklap via Twitter en andere sociale media. De eerlijkheid gebied me te zeggen dat dit zoveel is, dat veel me ontgaat, maar samen met mijn oudste zoon naar Feyenoord geeft toch een heel feestelijk gevoel.

‘Zou mooi zijn als Ron Jans vanavond vertrekt’ De logica van zijn woorden ontgaat me, hij ziet mijn vragende gezicht en verduidelijkt zijn stelling: ‘Tja, dan hebben we in ieder geval gewonnen.’ Zo snel ben ik niet, bovendien verwonder ik me over de aanzwellende stroom supporters, terwijl het eigenlijk nog vroeg is. Om één uur stonden we voor de ticketoffice, met kopieën van paspoorten, betalingsbewijzen en bevestigingsbrieven van mijn broer en uiteraard onze eigen identiteitspapieren. Zou het goed gaan, want zo’n telefonische afspraak gaat 9 van de 10 keer fout. Geen enkel probleem, we kregen twee enveloppen mee met daarin de seizoenkaarten en hulpvaardige stewards leggen ons ongevraagd van alles uit. Hulde hiervoor. Dit waren we in de Arena anders gewend bij een wedstrijd van het Nederlands elftal, te beroerd om ons ook maar een beetje wegwijs te maken. Aangekomen op de juiste plaatsen, kwamen we tevreden tot de conclusie dat het hele beste plekken waren. Meteen maar een fotootje schieten. Het is geen straf nog een uurtje te wachten, kijkend naar een vol lopende Kuip. Jammer dat internet en de telefoonverbinding niet werken, maar och als dat het enige probleem is, tekenen we ervoor.

DE WEDSTRIJD

We komen natuurlijk voor de wedstrijd tegen Heerenveen. Na enkele minuten was het voor mij duidelijk dat de Friezen in theorie geen probleem moesten opleveren en toch was ik niet echt onder de indruk. Met name het individuele loopvermogen van de Friezen baarde me zorgen. Bovendien vond ik de verdediging van Feyenoord te afwachtend op beslissende momenten. Even is mijn aandacht weg als het vuurwerk ontstoken wordt. ‘Twaalfde minuut’ zegt mijn zoon. Nu wist ik dat bij Feyenoord geen nummer 12 speelt want dat is het publiek, en ik ben vandaag ook een beetje nummer 12, maar dat ook precies de twaalfde minuut voor het publiek is, wist ik niet. Wel mooi. Heerenveen maakte het eerste doelpunt uit, volgens mij, een te gemakkelijke strafschop, terwijl de Rotterdammers een strafschop werd onthouden. Bovendien mocht Heerenveen niet klagen door slechts met een gele kaart weg te komen bij een overtreding op een doorgebroken speler. Met een doelpunt van Fer is het gelijkspel in de rust. Tijd en ruimte genoeg om het karwei af te maken, hoewel Heerenveen al op de slachtbank had moeten liggen, want in hun vierde wedstrijd straalt het niveau van de Friezen al de geur van degradatie uit.

In de pauze leer ik iets van de communicatie van het Legioen, bijvoorbeeld door naar andere vakken te zwaaien wordt het gesprek gestart. Of wat te denken van de uitroep “Komen wij uit Rotterdam dan” dat beantwoord wordt met “Ken je dat niet hore dan?’ Ik zal een taalcursus Rotterdams gaan overwegen.

Na de pauze komen de Friezen snel op een voorsprong. Feyenoord moet dan alle energie weer steken in de gelijkmaker die komt via Cabral. Het doelpunt werd voorafgegaan door mooi voorbereiden werk, hetgeen ik ook te weinig zag deze middag. Want waar ik in de eerste helft me zorgen maakte over de verdediging, ergerde ik me in de tweede helft af en toe aan de besluiteloosheid van de aanval. Veel spelers, waaronder Cabral hebben veel te veel bewegingen nodig om een actie te maken. Bij Cabral is het voordeel dat er ook wel een aantal zaken goed gaan. Ik was minder content met het optreden van Fer. Te vaak na het aannemen van de bal is het één keer kappen en dan……niet schieten, maar nog een keer kappen en de kans is weg. Die besluiteloosheid zag ik meer, waardoor de daadkracht ontbrak, de duimschroeven moesten aangezet worden en dat lukte niet echt, ook niet tegen negen Friezen vanwege twee terechte rode kaarten. Het maakte de wedstrijd wel spannend, waarbij het angstzweet je in de bilnaad stond omdat kans op kans werd gecreëerd, zonder echt heel gevaarlijk te worden. Dus mijn advies aan Koeman voor mijn volgende wedstrijd en dat is tegen VVV om de spelers te voorzien van duimschroeven en laat hij dan ook Anas Ashahbar weer opstellen. De zeventienjarige debuteerde vandaag en dat ziet er veelbelovend uit.

Trouwens over duimschroeven gesproken, zelf ben ik ook op de pijnbank gelegd en wel door de Rotterdamse parkeerpolitie. Een bon van €53,50. Was er dan een parkeermeter dan? Ik heb niets gezien daaro, dat is lekker dan. Tegen VVV op 16 oktober beter opletten en zal me broer maar waarschuwen voor de wedstrijden tegen De Graafschap en ADO.