Plaatjes en Kletspraatjes: Crisis in Noorwegen

Vertellen over mooie plaatjes in den vreemde dat is een kunst. Eigenlijk moeten de plaatjes het eigen verhaal vertellen. Toch is het vaak heel interessant om ook in woorden aanvulling te geven over de couleur locale. Met je eigen woorden overtuigen, anderen aan te steken of op zoek naar erkenning of bevestiging. Dat is toch wat iedere blogger of columnist wil? Ja, want daar waar ik dacht in mijn eigen blogserie ‘Plaatjes en Kletspraatjes’ een eindje heen te ouwehoeren, dreigt een heuse column. Een column over een crisis. Al weer één!

Laten we beginnen bij de plaatjes. Twee weken terug was ik in Oslo. Nu is eind oktober niet helemaal het seizoen om hier te belanden, maar met vriendenbezoek was Oslo voor ons een aangename verrassing. Ja, en het bier was aan de prijs, dan hebben we die maar gehad! Mooie parken met prachtig beelden, rustige sfeer op straat, een prachtig nieuw operagebouw en natuurlijk het Munch-museum. In drie dagen kun je veel doen als je wilt. Wij hebben genoten en willen via de foto’s graag de plaatselijke VVV ondersteunen.

De Noren? De eerste indruk was dat ze vriendelijk, rustig en misschien wat gereserveerd waren. Het eten? We hebben de internationale keuken gehad die in Oslo ruim gesorteerd is. Tot zover het cultureel antropologische beeld van een willekeurige bezoeker van de Noorse hoofdstad. Ik weet ook dat ze geen Zweedse toestanden wensen. Alles liep verder gesmeerd, maar we hadden op het vliegveld bij het inchecken een vinkje over het hoofd gezien. Geen nood, maar even vragen bij de balie. En hier gaat het vakantiepraatje over in de column!

Ik had juist geconstateerd dat reizen niet meer voor iedereen weggelegd is. Je moet de weg wel weten in de digitale wereld. Iedere vliegtuigmaatschappij en vliegveld is vaak ook net een fractie anders. Ik heb hier de inclusief globaliserende medemensen over dit uitsluitingsprobleem nog niet horen actievoeren. Maar goed je kunt altijd heel blond hulp vragen denk ik dan. Had ik even buiten de klantvriendelijkheid van het Norwegian Air grondpersoneel gerekend toen wij bij de servicebalie ons fout wilde herstellen. ,,Geen toegang, je moet naar de computer, je moet lezen!!!” Ze liep weg terwijl wij naar adem hapten van verbazing. Haar collega even verder op wist ons met dezelfde klantvriendelijkheid fijntjes naar de computer te wijzen.

We hebben de plek van het vinkje gevonden en met bagage gewoon thuis gekomen. Toen wij thuis aan zoonlief dit vertelde, zei hij vrij neutraal. ,, Wen er maar aan, er is overal personeelstekort. A.I. en robotisering hebben de toekomst. Misschien willen ze de mensheid er op deze manier gewoon aan laten wennen bij Norwegian Air?”

Goed, daar kunnen we over nadenken. Als niet twintiger moet je fysiek, mentaal en dus ook digitaal fit zijn om nog zelfstandig te kunnen reizen. De vergrijzingscrisis begint zich aan te tekenen en voor het eerst ben ik me er bewust van dat ik ook het slachtoffer kan worden. Maar wel lekker in Noorwegen geweest nu de digitale gezondheid nog voldoende is.

Een bange PvdA & een betuttelende VVD zijn uitgepolderd

Ik heb lang nagedacht over de titel van dit blog, maar beter heb ik niet in de aanbieding. Een bange PvdA & een betuttelende VVD zijn uitgepolderd was mijn werktitel, maar gaandeweg het schrijven ben ik niet op een beter idee gekomen. Sterker nog, ik denk dat dit de essentie van mijn betoog is met als onderliggende stelling. Kabinet Rutte heeft een desastreus multiplier-effect op de crisis. Het is me in dit stadium om het even over welke crisis het gaat. De stelling gaat op voor de financiële crisis, de bankencrisis, de begrotingscrisis, de woningcrisis, de zorgcrisis, van mijn part de Europese crisis en zeker ook de culturele crisis in Nederland. Het is allemaal de schuld van dit kabinet, misschien niet de oorzaak, wel de verdieping ervan.

GEEN ECONOMISCHE PRIETPRAAT

Nu ga ik geen diepgravend economisch betoog houden. Buiten het begrip multiplier dat ik uit mijn middelbare schooltijd heb opgediept, zal ik economische begrippen vermijden. Ik begrijp er immers niets meer van, maar het is een troostende gedachte dat met mij velen de economische weg kwijt zijn, inclusief parlementsleden en zelfs ministers.

De laatste dagen hoor ik steeds vaker dat Nederland net niet het ziekste jongetje van de Europese klas is. ‘Net niet’? Vorig jaar hadden we nog een te grote broek aan door Griekenland te piepelen en Spanje de foeistraf te geven. Het kan verkeren, niets zo onvoorstelbaar als de economie.

Wel of niet bezuinigen. Volgens mij al eeuw en dag een kwestie, want we mogen de crisis niet aan de volgende generatie doorgeven. Dit klinkt redelijk, heel redelijk maar wat geven we dan door aan de volgende generatie? Een land zonder zorg, een land zonder pensioenen, een land zonder goed onderwijs, maar wel met een sluitende begroting? Ik zou er voor passen. Econoom Bas Jacobs betoogde gisteren in Knevel &vdBrink dat we helemaal niet zo bang hoeven te zijn voor de middellange termijn als het gaat om het staatshuishoudboekje. Bas Jacobs is hoogleraar en omdat dit in mijn straatje past, ben ik geneigd hem volledig te geloven. Hij is trouwens niet de enige, een meerderheid van de economen lijken de bezuinigingen te kapittelen. Als leek zie ik slechts de (jeugd)werkloosheid stijgen, allerlei voorzieningen sterk in kwaliteit inboeten en de consumenten houden de hand op de knip. Een verkooppraatje van Mark Rutte heeft niet geholpen, integendeel. Als mens heeft hij zich compleet belachelijk gemaakt, als premier geeft hij het verkeerde voorbeeld. Bovendien komt dit kabinet niet met een visionair programma over allerlei vraagstukken die, zoals ik hierboven al aan heb gegeven, in een crisis zitten. Of je het nu eens bent met de ontmanteling van de hypotheek of niet, laat iets zien! Of je het onderwijs de motor van een kennismaatschappij wil laten zijn of niet, geef je mening erover en doe iets.

De mensen hebben dan bij de volgende verkiezingen iets om voor te stemmen. Zo zijn er tal van voorbeelden te noemen, waarbij de coalitiepartijen elkaar in de houtgreep hebben en naarstig op zoek zijn naar onmachtige oppositiepartijen die smullen van een dagje roem en machtswellust door in het midden te houden of zij de coalitie van harlekijn Rutte en zijn PvdA-discipelen willen steunen.

UITGEPOLDERD, PVDA MOET DAT VOELEN

Voor dat dit kabinet bruggen ging slaan, was het objectief al wel duidelijk dat van polderen geen sprake kon zijn zonder een groot verlies van je eigen electoraat. In vroeger tijden, toen Paars heel hip was, kon je met een beetje fatsoen nog stellen dat de VVD liberalen waren en de Pvda nog een zweem van sociaaldemocratie om zich heen hadden. Polderen betekende toen, een mix van beide politieke stromingen, niemand was echt tevreden, maar iedereen kon er mee leven. De huidige mix van VVD en Pvda laat een heel ander plaatje zien. Om het eens vanuit de Pvda context uit te leggen, kom ik tot de volgende conclusie:

De onverwachte verkiezingswinst van Diederik Samsom bracht de sociaaldemocraten in een ideale situatie om het eigen beleid te promoten. Ze hadden de SP medeverantwoordelijk moeten maken voor het regeringsbeleid of in ieder geval een constructieve poging daartoe moeten ondernemen. De Pvda is echter vooral bang voor de linkse praatjes van de socialisten. Toegeven, de holle retoriek van Emiel Roemer begint bijna storend te worden, maar dat had Diederik Samsom kunnen voorkomen. Hier lagen namelijk de kansen voor de Pvda, om links beleid te promoten en zich wel te kunnen onderscheiden van de anti-Europeanen van de socialisten. Want als puntje bij paaltje komt roert de SP in dezelfde zompige ontevredenheid als de PVV. De ontevredenheid wordt door dit kabinet uiteraard verder versterkt. Maar als je dan niet een front wil vormen met de SP, bedenk dan wel heel goed met wie je dan gaat polderen. VVD-ers zijn geen liberalen meer, ze ontpoppen zich in het meest gunstige geval tot een oerconservatieve partij. In een pessimistische bui zeg ik, is het gewoon de PVV-light. Samenwerken met zo’n VVD brengt de Pvda veel verder van haar idealen. Het is raar dat de illegalenkwestie tot een partijcongres moest leiden. Voor mij een reden om deze partij af te zweren en mijn lidmaatschap aan de wilgen te hangen. Maar wat dan wel?

De Pvda is vooral een partij die heel bang is voor haar eigen idealen. Slechts in verkiezingstijd worden sociaaldemocratische principes opgepoetst als ware het een mooi kerstverhaal dat op gezette tijden voorgelezen moet worden, om in de tussentijd vooral snel te vergeten.

.

VVD MUTSEN WILLEN EIGENLIJK NIET POLDEREN

Vanuit de huidige VVD-optiek was de Pvda natuurlijk geen ideale partner, maar Wilders bleek onbetrouwbaar en het CDA was gedecimeerd na de vrijages met de PVV. En hoe je je politiek moet handhaven als VVD wordt gaandeweg het politieke proces wel duidelijk. Betutteling en een grote bek zijn voor mij de kernwoorden die passen bij Mark Rutte en zijn club.

De mond is vol van vrijheid en een terugtredende overheid. De burger moet zijn eigen verantwoordelijkheid gaan pakken. Je kunt het hier mee eens zijn of niet, maar laat het dan ook zien. Een willekeurig voorbeeld, heel recent komt uit de VVD-koker weer zo’n antivrijheidsstandpunt met betrekking tot thuisonderwijs. De VVD wil bij monde van staatssecretaris Dekker het thuisonderwijs verbieden. Bijna in de hele westerse wereld kan het, hier niet. Wat je er ook van vind, het straalt weinig vertrouwen uit naar de individuele burger die zo hoog in het vaandel staat bij de voormalige liberalen. Integendeel, het zegt eigenlijk: ‘Zoek het zelf maar uit, maar je moet je wel houden aan onze betuttelende regels en voorwaarden.’

In toenemende mate is het hele overheidsapparaat, de zorg, het onderwijs en vele andere sectoren op deze wijze georganiseerd. Naast individuen, krijgen ook veel organisaties zogenaamde eigen (budget)verantwoordelijk, maar zijn gebonden aan betuttelende normen of bindende productie-afspraken die veel weg hebben van een vijfjaren plan onder de sovjets. Het hele Nederlandse privatiseringsgebeuren lijkt hierop te zijn afgestemd en de logheid van het overheidsapparaat neemt toe. Individuele vrijheid is een groot goed aldus de VVD, maar moet immers sterk gereguleerd worden middels protocollen, controle en rationalisaties om de protocollen en controles te kunnen naleven. Zo kunnen scholen en ziekenhuizen failliet worden verklaard. Wanneer volgt een grote stad? Waarschijnlijk binnen twee jaar nadat de hele zorg bij gemeentes komt te liggen. Zij zullen met minder geld hetzelfde moeten realiseren. Zij zullen de zorg gaan inkopen bij allerlei hulpverleningsinstanties die zich moeten vermarkten om hun voortbestaan te waarborgen. Hoeveel mankracht zit hier niet in dat ook aan daadwerkelijke zorg besteed kan worden.

De VVD is helemaal geen liberale partij, maar een managerspartij die vooral wil beheersen en daarmee iedere individuele vrijheid opslokt en vooral geen zicht heeft op wat er zich daadwerkelijk in de maatschappij afspeelt.

HET GELIJK VAN WILLEM VAN ORANJE

Onwillekeurig moet ik denken aan de beroemde uitspraak van Willem van Oranje: “Mijn God, mijn God, heb medelijden met mij en met dit arme volk” In dit geval hoeft u als lezer geen medelijden met mij als blogger te hebben, nadat ik mijn ‘the world according to.…..af heb, zak ik lekker weg in mijn lethargische stemming. Een hittegolf staat voor de deur, dus wat zal ik me druk maken. Bovendien is het typisch dat in Nederland bij crisissen de conservatieve tendensen toenemen, terwijl in veel andere landen het extremisme in tijden van crisis alle kanten uit kan gaan. Het lijkt wel of het in onze volksaard zit dat we de pijn lijdzaam moeten gaan verdragen als een staf van God, of in ieder geval dat het logisch is dat de gesel van de markt niet bestreden kan worden. Tenminste zo uiten de bange PvdA en de betuttelende VVD zich in dit kabinet. Maar als arm Nederlands volk weten wij het ook niet. De PVV is immers weer de grootste in de peilingen, maar deze partij is nog nooit op een constructief idee betrapt, maar weet slechts goed gebruik te maken van de onvrede in de samenleving. Mochten zij echte macht krijgen, dan zullen de woorden van Willem van Oranje pas echt gaan herleven. In dat geval mag u als lezer ook met mij als blogger medelijden hebben. De SP groeit, maar nimmer zullen zij met hun a-historische standpunten met betrekking tot Europa en hun beperkte solidariteit van slechts binnen de eigen landsgrenzen, de grootste worden. Ook in dat geval roep ik Willem er weer bij. Ondertussen doet dit kabinet niets en laat zien geen visie te hebben voor de toekomst. Iedere visie lijkt bij voorbaat al de grond in te worden geboord door vermeende electorale gevolgen.

De VVD en Pvda zijn echt uitgepolderd, maar als ze dat gaan toegeven, zullen ze zichzelf mogen opheffen of in ieder geval voor de komende tien jaar genoegen moeten nemen met een marginale rol in de politiek aan de rafelranden van de wereldorde. En wij, het arme volk zullen onze wonden likken.

 

Voor de Grieken, of tegen? Misschien wel met?

Als ik ergens een hekel aan heb is het een vrijdagmiddagdilemma. Ze zijn natuurlijk altijd vervelend, maar op vrijdagmiddag kan ik ze missen als oude Griekse druiven. Ben je aan het afronden op je werk, kijk je even op twitter en blijkt er een radioprogramma over Griekenland te gaan. Ik kan niet oordelen over de inhoud, maar het is ‘trending’ op twitter. Het nieuws wordt trouwens al dagenlang gevuld met Griekenland en de centjes. Ik ben er niet over uit wat er van te vinden. Kijk, die flapdrollenacties van Geert Wilders met de teruggave van de drachme is aardig voor een derderangs cabaretvoorstelling. Je neemt het waar, maar echt beklijven doet het niet. Dat de SP tegen steun aan Griekenland is, verbaast me enigszins. Want solidariteit moet toch verder gaan dan onze landsgrenzen? De SP kennende zullen er vast steekhoudende argumenten zijn die ik niet begrijp. Sowieso de macro-economische impact van de Griekenlandcrisis kan ik niet overzien. Mijn middelbare schoolkennis van economie en een paar bijvakken op de universiteit zijn daarvoor niet toereikend. Des te knapper vind ik het dat hele volksstammen het weten waarom ze voor of tegen zijn. Ik niet.

Mijn hart zegt, we zijn met zijn allen het Europese avontuur aangegaan, dan ook in voor- en tegenspoed. Echter mij bereiken ook de wildwest verhalen van de Griekse corruptie die bijna spreekwoordelijk is. Pensioenen die van vader op dochter overerfbaar zijn, klassen van 10 kinderen en een belastingmoraal die in Nederland tijdens de borrelpraat het schaamrood op de kaken van een gemiddelde VVD-er laat kleuren.

Mijn ratio heeft geen flauw idee wat te doen met alle berichten over het Griekse faillissement, domino-effecten ten aanzien van Ierland en Portugal en dat de Nederlandse belastingbetaler er voor op moet komen draven. Gisteren hoorde ik dat de banken en andere grote beleggers in staatspapieren, hard bezig zijn om hun aandeel te verkopen. Dat schijnt terecht te komen bij de ECB en dus uiteindelijk bij de belastingbetaler. Waarom dat zo moet lopen, weet ik niet, maar ik hoor er niemand over klagen. Op zo’n moment gaat er een anti-kapitalistisch laatje bij me open. ‘Verdorie, die banken, de eigenlijke oorzaak van de kredietcrisis, weten met een constructie hun verantwoordelijkheden te verzaken? Ik zei u al, ik snap het niet en daarmee duw ik het anti-kapitalistische laatje maar snel weer dicht. Als mild linkse kerkganger heb ik wel vetrouwen in minister De Jager, mits hij zich niet al te veel laat meesleuren door valse sentimenten van het gedooggedrocht onder leiding van premier Rutte.

 

Ik weet het dus niet, tot ik een verhaal van een collega, net terug uit Griekenland, hoorde. Ik vat haar verhaal samen:

‘Och op de eilanden merk je er niet zoveel van. Ze praten er wel over, maar ze verdienen hun geld met toerisme, dus….. Lachend laat ze weten dat er een bankconferentie was in haar hotel. Het verhaal ging dat een oude man zijn geld van de bank had gehaald en dat daarmee een instabiele bancaire situatie dreigde op het eiland. De oplossing was een conferentie, dat wil zeggen dat er in de hoteltuin rijk gevulde tafels waren, de plaatselijke sirtakimuzikanten werden opgetrommeld en een toespraak van ongeveer vijf minuten van de directeur het startschot was voor een genoeglijke avonddis. Waarschijnlijk het oplossen van de crisis op zijn Grieks.

Ook zal de bonnetjesanekdote nog lang meegaan in haar vakantieverhalen. Op de tweede dag begreep ze het bonnetje na afloop van de maaltijd niet helemaal. De uitleg van de hoteleigenaar ging over kosten, belasting en het eindbedrag. Hoewel het woord belasting onervaren moet hebben geklonken uit de mond van de hotelier, was de uitleg afdoende. Twee dagen later, een nieuwe maaltijd en dus een nieuw bonnetje, maar een andere methodiek. Voor de belasting stond nu nadrukkelijk het getal nul. Wederom nieuwsgierig naar de ratio, vertelde de man zonder blikken of blozen:’De ouderdomsuitkering van mijn vader is gekort, dus de regering krijgt voorlopig geen cent meer van me.’ Hij vertrouwde erop dat zijn Griekse logica ook vanzelfsprekend zou zijn voor zijn Nederlandse gasten. Niet dus. Ben ik nu voor of tegen de Grieken? Ik weet het nog steeds niet, stom hè. Misschien moeten al die serieuze mannen gewoon de sirtake gaan dansen en lekker eten. Klaar is Cees.