Begrip, van de dag (171) Brandnetelteven

brandnetelteef

 

BRANDNETELTEVEN

 

Als er iets is dat de echte man met een mengeling aan gevoelens toetreedt is het wel het proces van een auto kopen. Buiten dat je afscheid moet nemen van je oude ‘vriend’ die je overal mee naar toe heeft genomen, is het altijd een aanslag op je portemonnee.  Als deze fase is overwonnen komt het zoekproces op gang. Niks leuker dan dromen over een andere auto, rekensommetjes maken en met je partner langs garages gaan. Heerlijk! Ik heb verder niets met auto’s en mijn ego (of andere onderdelen) veranderen ook niet wezenlijk bij een bepaald model. Eenmaal bezitter van een nieuwe vierwieler, ga ik over tot de orde van de dag. Ik rijd van a naar b en meestal vind ik dat best leuk.

 

Het is weer zo ver, want de belofte van onze garagehouder dat er onkosten aan zitten te komen van bijna een maandsalaris noopt ons tot heroverweging van ons mobiele park. Afgelopen week zaten we aan tafel met een heuse verkoper. Een aardige man, daar niet van, maar hij werd pas echt toeschietelijk en amicaal toen bleek dat er echt wat te verkopen was. Nadat hij inschatte dat er geen oude Japanner verkocht hoefde te worden, vroeg hij naar onze achtergrond. Bij ‘reclassering’ spitste hij zijn oren en vond interessant te melden dat hij bij zijn vorige huis heel veel junkies had zien lopen. ‘’Erg toch?!” Dat vonden wij ook. Voor zijn goede beeld hielpen we hem maar uit de brand dat de statistieken van hun vrouw meppende autoverkopers de laatste jaren ook uit de hand begon te lopen.

 

Hij vroeg ook of er niet al te veel brandnetelteven werkten. Daar had hij namelijk een hekel aan. Besmuikt keek hij onder tafel of ik mijn geitenwollensokken wel aan had. Hij stelde vast dat dit niet zo was en ging over op zijn professie, het verkopen van auto’s aan ons. Tja, mijn levensgezel kan met haar yoga en aanverwante zaken in zijn optiek een echte brandnetelteef zijn. En ik? Ik schrijf mijn stukje in een yurt op retraite. Bij aankomst kreeg ik een kopje thee, geen idee van welke substantie gemaakt. Gelukkig heeft hij geen idee wat onze sector denkt van de gemiddelde autoverkoper. Och en het was best een aardig jong hoor, hij zou zijn vrouw nooit slaan. Dat deed je toch niet, maar hij zal dan ook geen brandnetelteef tussen de lakens hebben.

Begrip, van de dag(170) Retraite

yurt binnen

yurt buiten

RETRAITE

 

Op wikipedia heb ik even opgezocht wat ik aan het doen ben. Retraite is volgens wiki: een afzondering voor spiritueel zelfonderzoek en geestelijke oefening. Spiritualiteit is volgens de wikimeesters: in de breedste zin heeft spiritualiteit te maken met zaken die de geest (Latijn spiritus) betreffen. Het woord wordt op vele manieren gebruikt en kan te maken hebben met religie of bovennatuurlijke krachten, maar de nadruk ligt op de persoonlijke innerlijke ervaring. En dan komt mijn wetenschappelijke achtergrond naar boven, bij een goed onderzoek hoort een vooropgezet plan? Ik vind trouwens dat politicologie, mijn afstudeerrichting, weinig met spiritualiteit heeft te maken. Wel bedenk ik dat politici meer aan geestelijke oefening zouden moeten doen.

 

Een vooropgezet plan is er dus niet, misschien uitrusten maar dat heeft weinig te maken met spiritualiteit en we zeggen ’s avonds ook niet ik ga met retraite als je je bedstee opzoekt. Wat ben ik dus eigenlijk aan het doen? Gewoon even uit de realiteit stappen, de extra gewerkte dagen opsouperen en geen verantwoordelijkheid dragen dan alleen voor mezelf en dat is best gemakkelijk. En wat we dan vinden aan zelfonderzoek of geestelijke oefening dat zien we dan vanzelf wel. Misschien kunnen we een onderzoeksvraag vinden de komende dagen en die over een tijdje gaan uitwerken in een nieuwe retraite week. Strak plan lijkt me zo.

 

Toch was de weg ernaar toe best heftig. Met de fiets in de trein is niet supercomfortabel al had ieder station gelukkig een lift. Per ongeluk de verkeerde trein gepakt die niet in Hoogeveen stopte, dus in Assen met het boemeltje rechtsomkeer. Twintig kilometer in miezerige regen met een aanzienlijke tegenwind was niet gepland. Mijn baggerconditie ten spijt, het is me wel gelukt. De behuizing en omstandigheden waarin de retraite moet plaatsvinden zijn goed. Een gerieflijke yurt, geestelijke en niet-geestelijke bijstand, dat wil zeggen natje en droogje zijn geregeld. Nu alleen het weer nog. Wat hoor ik, het is droog kan ik lekker een sigaretje roken buiten. Roken, misschien kan ik daar iets mee de komende dagen. Zou een fijne bijkomstigheid zijn.

Begrip, van de dag (167) Volgeling

 

 

 

VOLGELING

 

 

Ik ben een volgeling zonder dat ik het wist. Vanochtend kwam ik een inspirerende tekst tegen van de Dalai Lama. Zoals de tekst aangeeft, de wereld heeft niet nog meer succesvolle mensen nodig. Ik ben niet succesvol, ook niet onsuccesvol, maar ik ben wel een verhalenverteller. Elke dag werkend aan een handjevol hits en een spaarzame opmerking die hogelijk gewaardeerd wordt. Sinds vorig jaar probeer ik iedere dag te schrijven, maximaal 400 woorden. Soms is het een volwaardig verhaal, een gebed zeg maar. Op andere dagen pruttel ik maar wat in het rond, een schietgebiedje dus.

En ja er zijn ook dagen dat het er niet van komt en ik verzaak. Die dagen heb ik mijn naasten lief, probeer ik geen ruzie te maken en herstel ik de zaken die ik nagelaten heb, bijvoorbeeld de tuin. En werken in de tuin is natuurlijk alles in één. Liefde voor de natuur, streven naar esthetiek en heel vredelievend. En als het even meezit schijf ik daar een verhaaltje over. Natuurlijk ken ik de Dalai Lama, ik volg hem zelfs op Twitter al volgt hij mij niet. Dat is niet erg. Maar een bewust volgeling in de abstracte zin van het woord ben ik niet al waardeer ik zijn wijsheden ten zeerste. Maar dat doe ik ook met de wijsheden van mijn vader en soms zelfs die van mezelf.

Een raar woord is dat eigenlijk, volgeling. Je besluit, met je hart of verstand, dat je iemand in politieke of spirituele zin volgt. Meestal niet letterlijk volgt, want dat zou stalken zijn, maar in geestelijk zin volgt. Je stemt je doen en laten af op het gedachtegoed van iets of iemand, in dit geval de Dalai Lama. Nu is dat in zijn geval vrij ongevaarlijk. Er zouden eigenlijk regels moeten zijn in het volgen van iets of iemand. Net zoals in het dagelijkse verkeer zou het volgelingenverkeer ook voorzien moeten worden van ordenende regels anders wordt het een anarchie. Iedereen mag wie dan ook volgen, maar val anderen vervolgens niet lastig anders komen er ongelukken. Kies je eigen eindbestemming, maar houd je aan de volgregels. Een hele belangrijke is blijf altijd zelf nadenken. En dat tracht ik ook te doen door iedere dag een verhaaltje te schrijven. Dus eigenlijk ben ik geen volgeling, maar zoek gewoon volgers. Gelukkig dat is ook weer uit de lucht.

Begrip, van de dag (166) Verliefd op eigen schaduw

 

20160517_203746

 

VERLIEFD OP EIGEN SCHADUW

 

Laat ik eens met een boude stelling beginnen. Sommigen kennen hem. Ze lachen dan eens uitdagend, maar nimmer wordt mijn stelling weersproken. ‘Ik denk namelijk dat ik het normaalste mannetje van de wereld ben!’ Nou die staat die opmerking. Dat wil niet zeggen dat ik geen smetjes heb of beter ben, integendeel. Misschien is niet normaal zijn wel veel beter. Hoewel ik een hekel heb aan ‘middle of the road’ tendeer ik er wel naar. Ik neig niet naar extremen, niet op maatschappelijk gebied, niet op politiek gebied en ook niet op seksueel gebied. Ik ben hetero, netjes getrouwd en pis niet naast de pot. Heel gewoon dus eigenlijk. Wat er zich in de donkere krochten van mijn brein afspeelt, laat ik voor mezelf. Iedereen heeft donkere krochten, daar ben ik van overtuigd, dus dat maakt mij niet bijzonder.

Ik sta me er niet op voor dat ik het normaalste mannetje van de wereld ben. Wetenschappelijk is dat natuurlijk moeilijk te staven, want dan moet ik alle 3,5 miljard andere mannetjes kennen om mijn uitspraak te verifiëren. Dit is een onmogelijke opgave, ik heb geen  hypermanie om ook maar een poging in die richting te doen. Weer een argument om mijn uitspraak te staven. En eigenlijk staat het mannetje zijn niet alleen voor het mannelijk deel van de bevolking, maar ook voor alle vrouwen. Vrouwen sowieso rare wezens zijn, of in ieder geval andere wezens. Niet zoals ik dus, en daarmee niet normaal.

Lang heb ik getwijfeld of mijn rookgedrag mijn normaliteit in twijfel kan brengen. Ik heb echter besloten dat het aantal rokers zo’n grote minderheid is, dat we kunnen spreken van normaal gedrag. Als we alle andere verslavingen erbij optellen, is verslaafd zijn heel gewoon menselijk gedrag. Niet-verslaafd zijn trouwens ook, tenzij je sublimatieproces dermate slecht loopt dat buitenissig gedrag op de loer ligt. Daar heb je als roker dus geen last van. Vanavond begon ik voor het eerst te twijfelen aan mijn eigen zekerheid. Ik liep naar huis met de zon in mijn rug. Een enorme schaduw liep voor me. Als bijna vijftiger heb ik enig overgewicht, hetgeen mij ook geen uitzondering maakt. Maar die schaduw, wat een mooie schaduw. Mijn overgewicht werd er door weggepoetst, ik was een slanke man geworden. Eigenlijk werd ik een beetje verliefd op mijn eigen schaduw. Dat is best raar, heel raar. Maar goed, ik houd nu eenmaal van mooi weer en lange avonden. Heel normaal dus.

Begrip, van de dag (165) Groessen rules!

20160516_155957

 

 

GROESSEN RULES

 

Het Pinksterweer was ronduit slecht, maar de afgelopen weken waren toch groeizaam geweest. Ik moest de tuin wel in. Beetje vegen, beetje snoeien en hier en daar wat onkruid wieden. Muziek op de achtergrond. Ik hoorde You’ll never walk alone, Status Quo en Bloed, Zweet en Tranen. Toen wist ik het weer, SC Groessen speelt zijn kampioenswedstrijd en kan promoveren naar de 3e klasse. Dan kan ik het mooi bijhouden vanuit mijn tuin in Duiven-Zuid. Tien voor twee en de speaker spreekt, waarschijnlijk de namen van de sterren van die middag. Vuurwerk knalt, de spelers treden waarschijnlijk aan. En dan is er stilte met af en toe een schreeuw van een zenuwachtige supporter of de trainer die aanwijzingen geeft. Om 14.18 uur massaal gejuich, 1-0 voor Groessen. Mijn werkzaamheden in de tuin zijn ten einde. Op Twitter wordt de 1-0 bevestigd.

Zelf doe ik snel de boodschappen voor vanavond. Ik heb geen gejuich meer gehoord. Klopt volgens Twitter, want het is zelfs gelijk doordat HC’03 uit Drempt heeft gescoord. Ik doe het raam van mijn kamer open om op de hoogte te blijven. Tot de 60e minuut is het nog stil. Het zal toch niet gebeuren dat ze nog in de problemen komen? Ik trek mijn schoenen aan en besluit polshoogte te nemen, het is slechts tien minuten doorstappen. Natuurlijk heb ik niets gemist want anders had ik het gehoord. In de 70e minuut is het nog 1-1. Net heb ik een plekje gevonden naast het scorebord en de 2-1 valt in de 71e minuut en twee minuten later wordt het al 3-1. Ik breng de flow mee, want uiteindelijk wordt het 5-1 voor de Groessenaren.

Ik zoek nog wel even uit hoe mijn positieve aanwezigheid zich laat uitbetalen in het nabij gelegen kerkdorp. O, voor wie het niet weet, Groessen ligt onder de rook van Duiven dat weer onder de rook van Arnhem ligt. Amper 2000 inwoners heeft het dorp en bijna iedere week feest. Het Schuttersfeest, Maisfeest, Carnaval, Après-ski, het levenslied en natuurlijk iedere vereniging, en het zijn er veel, viert natuurlijk hun lustrum om de vijf jaar. (Feest)muziek schalt dan over de velden en is in de wijde omtrek te horen. Vandaag juichten de Groessenaren voor het vlaggenschip van de voetbalvereniging en waarschuwen daarmee de Duivenaren: We komen er aan! De fanfare zal ongetwijfeld de toeters poetsen om de helden op de platte kar te vergezellen. Ook dat horen we vanavond. Groessen rules!!!! En mijn tuin, die kan er ook weer een weekje tegen aan. Volgende week hoor ik wel welke muziek mij dan begeleid in de tuin bij ongetwijfeld weer een feest. Handballen doen ze trouwens ook op hoog niveau.

20160516_162136

Begrip, van de dag (160) Monogame Merels

20160428_203234

 

 

MONOGAME MERELS

 

Het is weer zo ver dit jaar, het stel zit weer te vozen in de bosjes. Tenminste dat hebben ze gedaan, want nu is het een af en aanvliegen om elkaar te voederen en de eitjes warm te houden. Ik hoor nog geen gepiep, dus ik neem aan dat de jonkies nog niet uit het ei zijn gekropen. Ik bedwing mijn nieuwsgierigheid om te kijken, want ik laat moeder en vader merel maar met rust. Ze zijn zo druk in de weer met hun bedoeninkje, ze schrikken vast als ik een kijkje neem. Ze zullen vast niet begrijpen dat het voor een goed doel is namelijk het 160e blogje in deze serie ‘Begrip van de dag’. U zult aan de hand van de foto moeten geloven dat ze er huizen, misschien dat ik ze nog kan portretteren voordat het donker is en voordat dit stukje af is.

Ik neem tenminste aan dat het ieder jaar steeds hetzelfde koppeltje is. Het schijnt dat merels monogame beestjes zijn, ze blijven bij elkaar en delen lief en leed tot de dood ze scheidt. Dat is in de dierenwereld nogal een dingetje, want volgens mij zijn de meeste zoogdieren, vissen maar ook vogels niet vies van om naast de pot te piesen. Die monogame levenshouding verbaast me, want merels hebben geen waarden en normen die ze ontrouw verbiedt. Merels worden niet geteisterd door een geweten of ego die het verbiedt of juist aanmoedigt om het met de buurvrouw of man te doen. Ze blijven elkaar trouw en hebben daar blijkbaar geen last van.

Die trouw van een merel, zou dat genetisch bepaald zijn? Ze zijn tegenwoordig zo ver in de bepaling van genetische eigenschappen, misschien kan onderzoek via de merel vredelievende toepassingen voor de mens opleveren. Nu ga ik niet prediken dat iedereen netjes met zijn tengels van andermans wijf moet afblijven, maar een beetje meer trouw aan je omgeving of de mensheid zou geen slecht idee zijn. Toch? Trouwens voor de zekerheid heb ik nog even opgezocht of de merel daadwerkelijk monogaam is. De bronnen zijn het er niet over eens. Met zekerheid kan ik stellen dat de knobbelzwaan wel monogaam is. Als die bij mij in de tuin zouden bivakkeren zal dat ongetwijfeld mooiere foto’s hebben opgeleverd. Maar ik moet die beesten niet in mijn tuin. Zwanen zijn agressief als ze broeden, bovendien zijn het verschrikkelijke schijtlijsters.

Begrip, van de dag (156) Vergankelijkheid

20160421_130504

 

 

VERGANKELIJKHEID

 

Er zijn van die dagen dat ik mijn centjes mag verdienen in Enschede. Flexibilisering van de arbeid noemen ze dat. Nu moet u niet denken, goh wat sneu Enschede helemaal. Enschede is best leuk, zo af en toe en het is echt niet het einde van de wereld, want daarna komen Duitsland, Polen en Rusland ook nog als je verder oostwaarts gaat. Dus Enschede is geen straf. Ik mag me dan voegen bij collega’s die kantoor houden in een naoorlogs pand dat aan alle kanten wel een uitgeleefde indruk maakt. Het was vroeger een woonhuis en er is qua bebouwing hier en daar wat tegen aangeplakt. Je moet toch wat om de arbeidsproductiviteit gestalte te geven.

Maar om nu te zeggen dat ik voor die misschien tien of vijftien keer dat ik in Enschede ben geweest een binding met het gebouw heb, gaat te ver. In het kader van de stadsvernieuwing en verbetering gaat het gebouw tegen de vlakte. Ik geloof niet dat er zich actiegroepen hebben opgeworpen om het gebouw te redden. 11 mei is de laatste dag in dat pand, mijn volgende gang naar Enschede zal in een arbeidstechnisch verantwoorde kantoortuin zijn. We zullen het wel beleven.

Het gebouw gaat tegen de vlakte. Geen sigaretjes meer roken op het balkon en constateren dat ook een stad als Enschede best veel verkeerslawaai heeft. Geen kijk meer op de Stadsschouwburg of de trein naar Gronau. Maar ik geloof niet dat als ik dertig jaar verder ben, dat ik in een weemoedige bui zal zeggen, dat ik hier heb mogen werken. Maar wat ik wel zal missen is de boom in de tuin. Om de zoveel tijd kwam ik dus en zag de boom in een ander stadium. De laatste keer dat ik rookte op het balkon zei de boom tegen me “nog eventjes en dan sta ik weer te schitteren”. Vandaag bleek dat ik het moment suprême  gemist heb. Je kon nog slechts zien, net zoals bij sommige vrouwen, dat moet een hele mooie vrouw zijn geweest. Ik dacht slechts, wat jammer dat ik je niet in volle tooi heb gezien. Met het gebouw zal ook de boom verdwijnen en daar kan ik dan melancholisch van worden. Niet het gebouw, maar de boom dicteert voor mij het vergankelijke. Ik wist het niet, maar een collega meldde dat het een magnolia was. Nu dan, vaarwel magnolia.

Begrip, van de dag (148) Doet ie ’t of doet ie ’t niet

 

 

 

DOET IE ‘T OF DOET IE ‘T NIET

 

Het voelt als de avond dat je naar bed gaat als klein kind in de wetenschap dat je de volgende ochtend cadeautjes mag uitpakken omdat je jarig bent. Het is nu 20.00 uur en ik heb nog één uur om te beslissen of ik wel of niet aan de idioterie van het referendum ga meedoen. Als voorstander van de democratie ben ik logischerwijs tegen iedere vorm van een referendum of zoals ik gisteren schreef: ,,Natuurlijk mag je in Ergensachterafferveen best de bevolking laten kiezen voor plan a of b.” Het platte Ja of Nee ten aanzien van een associatieverdrag doet geweld aan de werkelijkheid. Bovendien een zeer kwalijk bijeffect is het populisme dat de indruk achterlaat dat Nederlanders wel gek moeten zijn. Trappen ze er echt in, rond de 30% blijkbaar wel.

Het is juist die kiesdrempel die mij mogelijk nog over de weerzin van het stemmen heen kan zetten. Maar de politicologen (Kwouwel zegt mogelijk 42% en onze Maurice twijfelt nog heel erg of de kiesdrempel wel gehaald gaat worden.) Voor de mondiale werkelijkheid maakt het geen flikker wat het gaat worden JA of NEE, maar in het dorp Nederland kunnen we de wereldpolitiek weer vergeten omdat premier Rutte honderd keer mag uitleggen wat de betekenis is van RAADGEVEND en de populisten van de PVV en in hun kielzog de SP kunnen schreeuwen dat er niet naar het volk geluisterd wordt. Het zal menig programma weer vullen met klinkklare onzin en wedstrijdjes ver pissen. Ook op de sociale media zal de toon weer doen denken aan de stank een overgelopen rioolput.

Ik beloof hierbij plechtig dat ik zodra bekend is of de kiesdrempel gehaald is of niet en dus van minder belang wat de uitslag is, dat ik dit blog ga afmaken. Ik hoop dat ik dan niet gestemd heb. Ik weet in ieder geval dat ik naarstig op zoek ga naar een politieke partij die het referendum definitief in de prullenbak gaat gooien. Eventueel mogen ze het in de prijzenkast zetten op het hoofdkantoor van D66, een kroonjuweel die nooit kan glanzen. [het is nu 20.17]

Het is nu 21.22 uur, een duidelijk overwinning voor de tegenstanders, maar opkomstpercentage is nog niet duidelijk. Als die onder de dertig blijft zijn er alleen maar verliezers en we hebben de wereld laten zien dat we politieke shit verkopen. Duidelijk dat referendum uitzichtloze inzichten geeft.

Wettelijk moeten bij de huidige stand van zaken [het is nu 21.44 uur) de schijnoverwinning aan het NEE-kamp worden gegeven, ze moeten gehoord worden maar met doet een plas, heft het glas en alles bleef zoals het was, ook volgens de regels van het Raadgevende karakter van het referendum. Hoe hou je rekening met de niet-stemmers die veelal betere argumenten hebben dan de stemmers?

Het is duidelijk, het onzingehalte neemt hand over hand toe, zoals het bij de campagne ook al gebeurde. Resumerend:

  1. Ik heb niet gestemd, ben trots op mezelf
  2. Ik kom daarmee in het kamp van de meerderheid van de Nederlanders, waarschijnlijk de meest wijzen. Het mantra dat je als niet stemmer geen spreekrecht hebt, kwam al regelmatig langs. Maar als er geen keus is, dan kun je beter niet kiezen en kwestie van door de kat of de hond gebeten worden.
  3. Winst is de kennis dat de SP definitief door mij als tomaten-PVV wordt gezien en D66 pas een serieus alternatief voor de PvdA wordt als ze hun kroonjuweel laten vallen.
  4. Met de huidige stand van zaken stem ik bij de parlementsverkiezingen weer niet.
  5. [dit was de laatste update van vandaag, het is 23.32 uur], we gaan nog ff naar de onzin bij Pauw luisteren.

 

Begrip, van de dag (145) Man met een missie

20160401_132127

MAN MET EEN MISSIE

 

Een motor zal erbij mij niet komen en ook een tweede leg zit niet in mijn planning al nader ik de vijftig met rasse schreden. Genoeg om over de ouwehoeren dus, maar geen grootscheepse plannen voor de toekomst. Ik meen mij te herinneren van ontwikkelingspsycholoog Erikson dat iedere leeftijdsfase een leertaak heeft. Over vijftien jaar moet ik tevreden zijn met wat ik gepresteerd heb in mijn leven. Met deze angst voor ogen doet menig midlifecriser de raarste dingen om jonger te zijn of moet zo nodig een miraculeuze bucketlist afwerken. Je zal rond je 65e maar niet tevreden zijn met wat je gepresteerd heb. Wie dan leeft wie dan zorgt. Maar toch, na één dag Lissabon ben ik een man met een missie.

Na de altijd vermoeiende reisdag, past de eerste dag in de hoofdstad van Portugal als een goed zittende jas. Een helder blauwe lucht, Zuid-Europese geuren maar vooral een getemporiseerde bedrijvigheid in de wereldstad. Onmiskenbaar hebben we te maken van Zuid-Europeanen, maar niet het lawaai en temperament van Italianen en in mindere mate Spanjaarden. Ik zou een Portugees kunnen zijn, al geloof ik niet dat er ook maar een Portugees zal twijfelen over het feit dat ik gewoon een kaaskop ben. Misschien een Duitser of Scandinaviër. Ik hoef ook niet mee te doen met de ‘locals’ als ik maar een beetje kan meedeinen in hun tempo tijdens mijn vakantie, vind ik het al lang prima.

We hebben al een uur of twee gewandeld en hier en daar een metro of trammetje genomen en we komen aan bij het kasteel van ene Jorge. Ik heb niet eens de moeite genomen om uit te zoeken wie die ‘gorge’ is, maar hij de ingang speelt een dame van moeilijk in te schatten leeftijd, ze heeft onmiskenbaar een alternatief uiterlijk, misschien doet ze iets met chakra’s of is ze aanhanger van een Oosterse ‘swamibami’. Een misschien ook wel helemaal niet, want wat ze ook doet is fenomenaal op een handpan spelen. Geweldig!. Ik had er wel eens van gehoord, maar dit is het helemaal. Ik wil ook een handpan en spelen. Kost maar zo’n vijftienhonderd euro en dan moet ik ook nog oefenen. Als ik 65 jaar ben en lekker kan handpannen, ben ik een tevreden mens. Ik ben een man met een missie.

 

 

 

Begrip, van de dag (141) Over de top

20160322_191400

 

OVER DE TOP

 

Bij thuiskomst valt het meteen op. Mijn oudste zoon vraag geheel overbodig of ik nieuwe schoenen heb. De jongste komt van zijn bank af en loopt met laptop in de hand om de aanwinst te monsteren. Hij lacht zijn vriendelijke spottende lach en loopt weg. Ondertussen blijft hij nog vijf minuten lang grinniken en zegt vergoelijkend dat ik een grappige man ben. Ik kan heel goed tussen de regels door lezen en horen, hij bedoelt dat ik niet goed wijs ben. Desgevraagd geeft hij te kennen dat hij in het publieke domein nog best naast me wil lopen met de rode schoenen. ,,Je moet dan wel een donkere spijkerbroek bij aandoen.” Ik zie het verschil niet zo, maar zijn modieuze autoriteit heb ik hoog zitten. Aan de oudste vraag ik zijn mening. Onderkoeld antwoord hij, och een beetje over de top.

Die middag liep ik op een paar stevige leren stappers die me al maanden pijn doen ondanks de vermaardheid van het merk Ecco. In de pauze nam ik een kloek besluit, er komen andere schoenen. Nu is dat bij mij bijna standaard dat ik even snel vijf minuten van de pauzewandeling gebruik om schoenen te kopen, meestal lukt dat perfect. Bij de Ecco’s liep het anders. In de winkel vraagt een vriendelijke man wat de bedoeling is? Ik onderdruk flauwe antwoorden zoals ‘twee frietjes oorlog’ want dat kost alleen maar tijd. Ik geef aan dat ik gemakkelijke sportschoenen nodig heb om een beetje te wandelen, bijvoorbeeld door de stad over twee weken in Lissabon. O ja, ik hoef niet van die opvallende stappers die gedragen worden door vijftienjarige pukkelkoppen om hun onzekerheid te verdoezelen. En zie hier het resultaat, felrode Adidas stappers. En ik verzeker u, in het echt zijn ze nog feller dan op de foto met flits. Maar wel binnen vijf minuten geslaagd.

Zonder opzet kom ik de laatste jaren voor meer dan de helft van de tijd met rode schoenen naar buiten. De vorige waren weliswaar minder fel, maar ontegenzeggelijk rood. Ik ga maar niet zinloos psychologiseren wat ik nu met rode schoenen heb. Modebewust ben ik in het geheel niet, dus de oerdegelijke lelijke Ecco’s passen veel meer bij mijn imago. Maar die lopen niet. Het kan me eigenlijk niet schelen wat een ander ervan denkt, zolang mijn zoon mij een grappige man vindt, loop ik gewoon door met mijn red shoes grappigheid.