27. VERGANKELIJKHEID uit de serie de kabbelende 100

 

In de afzichtelijke dossierkast, ooit gekregen als afdankertje, is nog veel werk te verrichten. Dat is voor later. Bovenop die kast is het stofvrij, de spinnenwebben zijn verwijderd en er staat helemaal niets. Maar niet voor lang, want helemaal niets is ook maar niets. Bovendien heb ik nog wat snuisterijen die nog een plekje behoeven. Ten eerste heb ik al enkele jaren twee heel onhandige kandelaars. Een keer stoten en de met Chinese tekens versierde kap ligt eraf. Volgens mij is dit een aanschaf van mijn wederhelft die inzag dat het een miskoop betrof. De kandelaars zijn dus gedegradeerd tot mijn werkhok. Ook een antiek klokje, volgens mij van Franse makelij, staat al vele jaren op mijn kamertje. Ooit heeft het gelopen, maar de laatste verhuizing heeft het niet overleefd. Als laatste een wereldbol, gekregen van Sinterklaas in 1978. Ik zeul het ding al heel mijn leven achter mij aan.

2014-03-01 14.51.59

Het levert een stilleven op, gemarkeerde tijd, de vergankelijkheid van de Aarde en de onhandige kandelaars. Waarom bewaart een mens dit? Van die kandelaars weet ik het niet. Ik vind ze lelijk, ze hebben geen waarde en enige emotionele band met de kitch heb ik niet. Samen met het klokje levert het min of meer een evenwichtig plaatje op. Het staanklokje is een cadeau van een tante van mijn wederhelft. Zij zou dus de emotionele waarde moeten koesteren. Echter omdat het een wrakkig ding is, zonder tijdsbesef, functioneert het nu als stilleven. Bij antiek denk je al snel aan waarde, ook al is het kapot. Ik durf er echter geen serieuze uitspraak over te doen. De globe heeft acht verhuizingen overleefd, maar niet ongeschonden. Ooit heeft het langdurig bij een gloeilamp gestaan. Bruine brandwegen zijn in de Indische Oceaan nog zichtbaar. Als kind dacht ik dat het een massieve houten bol was, maar een stuiter op de grond heeft me hard uit die droom gehaald. Het noordelijk halfrond past niet meer op het zuidelijk halfrond. Het kan verkeren met de wereld, maar niet met mijn aardbol. In de huiskamer is er geen plaats voor. Ik kan het billijken, maar voor een stilleven op mijn eigen hokje is de wereldbol goed genoeg. Of de snuisterijen op de afzichtelijke dossierkast voor altijd een verstild bestaan zullen leiden, waag ik te betwijfelen. Stofvrij zal het zeker niet blijven, maar ik zweer dat ik mijn globe mee zal blijven zeulen tot het absolute einde, mijn einde.

7. STILLEVEN uit de serie de kabbelende 100

Als je er oog voor hebt is je eigen woonomgeving een groot museum. Het stikt van de stillevens in alle soorten en maten. Deze ochtend had ik er in een keer oog voor. Eén blik was voldoende om twee klassieke stillevens te pakken. Misschien is dat wat overdreven meteen, maar het is niet anders. Bloemen in een vaas of fruit in een schaal is het absolute toppunt van stilleven weet ik met mijn beperkte kunstkennis. Ik weet dat ook vissen en zelfs rottingsprocessen als stilleven worden gemarkeerd. Maar dat heb ik niet thuis en als ik het thuis zou hebben, zal het zeker niet in de openbaarheid worden gebracht. Ik concentreer me op bloemen en fruit en constateer dat de bloemen er nog netjes bij staan al ga ik daar verder niet over. Hedenmiddag moet ik de fruitschaal wel even aanvullen. Vanavond is er dus al weer een ander stilleven.

2013-11-06 11.03.43

Een raar woord is dat eigenlijk ‘stilleven’ als je er goed bij nadenkt. Met het stille kan ik nog wel leven – excuseer me voor de woordgrap – maar het woord leven is toch raar. Veel stillevens zijn gewoon ‘dode’ dingen waar weinig leven in zit. Of zou het de achterliggende gedachte moeten zijn van de dode objecten die de toeschouwer aan het denken moet zetten? Bij een schaal met fruit moet ik zoeken of er een appel op ligt en dat zou een verwijzing zijn naar het ‘stout zijn van Eva’? Bij de bloemen is mogelijk een grote florakennis vereist waardoor de diepgang is te ontmantelen? Dan zal ik maar niet gaan nadenken over een fles wijn, vissen of de schoenen van Jopie Huisman om maar eens een dwarsstraat te noemen. Het verstilde moet tot leven komen, iets anders kan ik niet bedenken. Nu, bij het maken van de foto kan ik weinig diepgang met u delen. Mijn stilleven van deze ochtend zegt hoegenaamd niets over mijn zielenroerselen. Desgevraagd kan ik u mededelen dat ik alleen thuis was. Normaliter heb ik geen radio aan en de hond sliep rustig op de bank. Het was stil en met uitzondering van mezelf was er geen leven. Misschien als ik later groot ben en er is nog tijd na mijn arbeidzame leven, ga ik me toeleggen op de schilderkunst. Lekker verstild doorleven met het kliederen van ‘dode dingen’ op het doek. Misschien komt daar de term wel vandaan, bezigheidstherapie voor pensionado’s: Still-leven.

Eerder in deze serie verschenen:

1. KNIPBEURT

2. PEURNO AAN DE MUUR

3. HET BRILLENPERSPECTIEF

4. CANDY CRUSH CALVINISME

5. ARNHEMSE LUCHTEN

6. PIPPA DE HOND IS ZEN