Inburgering van lik-mijn-versje 4.0

,,Pa, ik moet het land uit!” Met dit bericht word ik na een vruchtbare dag binnen de strafrechtketen arbeidzaam te zijn geweest, verwelkomd. Omdat mijn zoon een brave borst is en inmiddels formeel volwassen, beticht ik hem niet van strafbare feiten die zo’n uitspraak rechtvaardigen. Hij ziet mijn verbaasde gezicht en begrijpt dat ie zijn vader even moet geruststellen. ,,Ik heb een 5.1 voor de inburgeringstest. Het is weliswaar een test uit 2005 en nu weet ik dat we in een razende snelle, misschien wel vluchtige tijd leven, zo erg zijn de waarden, normen en gebruiken in die tien jaar niet veranderd. ,,Oh” zeg ik, ,,Waar ga je naar toe en wie brengt je?” Want ik denk snel dus weet dat dat wel weer op de schouders van vader terecht komt, want als je die terugkeerdiensten hun gang laat gaan, dan zit mijn zoon over tien jaar nog steeds illegaal in Nederland. Het was een stomme test hoor ligt hij geheel overbodig toe.

 

Tijdens een voedzame maaltijd met veel groente en bruine bonen nota bene, veel “hollandscher” kan het niet, bespreken we de test. Voor de afwas maken mijn jongste zoon en ikzelf de test ook. Nu blijkt dat ik binnenkort kinderloos ben, tenminste voor hun directe nabijheid moet ik vrezen. Zelf moet ik tevreden zijn met een zeer krappe voldoende namelijk 6.1. Maar ik mag blijven, dat wel. De vraagstelling van de meerkeuze vragen was voor zeker de helft zeer discutabel en subjectief, maar in de wetenschap dat mensen hierop afgerekend werden in 2005 is ernstig. Dan heb ik het nog niet eens over het feit dat mijn zoons z.s.m. moeten oprotten. Wilt u zelf een oordeel vellen over de test, volg de link.

Ik ben zeer benieuwd, maar onze inmiddels Koningin Maxima zei het enkele jaren geleden al, de Nederland bestaat niet. Ik schreef er toen al over en weet nu dat ze volledig gelijk had. De Nederlander bestaat inderdaad niet, want ik ben toch niet dezelfde dan de Nederland die met glans een 9 of 10 haalt voor de inburgeringstest. Ik vraag me af wie dit soort vragen bedenkt, of zouden er hele onderzoeks- en begeleidingscommissie achter dit amateuristische testje zitten? Misschien kan ik dit niveau ook wel halen. Bijvoorbeeld hoe multiculti bent u:

1. U ziet een middelbare man met baard daarom weet u dat het een man is, want hij draagt verder een lange jurk met daar onder een broek. Wat denkt u?
a. Dit is een verdwaalde Schot die zijn kilt heeft verruild voor een langer model.
b.Is dit nu wat die xenofobe buurman bedoelt met ‘soepjurk’?
c. Ieder zijn meug, ben blij dat ik de mode niet volg.

2. Een vrouw met een mediteraan uiterlijk, vermoedelijk met Marrokaanse voorouders, schudt haar weelderige zwarte manen, terwijl ze haar spiegelbeeld in de winkelruit bekijkt. U bent onder de indruk, maar zegt:
a. Geniet maar van die mooie krullen, met geblondeerd peroxide haar kan dit niet.
b. Ja, jongedame laat ze lekker dartelen in de vrije lucht, straks moet die doek er weer omheen.
c. Niets, want u hebt geleerd dat dit niet netjes is, bovendien bent u geen versierder, ongeacht waar de dame in kwestie vandaan komt.

3. U ziet een opgeschoten puber met een schooltas, maar ook in het shirt van een bekende Turkse voetbalclub te weten Fenerbace. Hoe reageert u?
a. Dirk Kuyt is wel een barmhartige manier van ontwikkelingshulp in Turkije.
b. U kijkt de andere kant op, want Turkse voetbalsupporter staan bekend om hun lange tenen en korte lontjes. U kijkt wel link uit.
c. U loopt de jongeman lachend tegemoet, pakt hem bij zijn handen en zegt vergoelijkend, geeft niets en begint luidkeels te zingen ‘Hand in Hand voor Feyenoord een, geen woorden maar daden.

Dit was dus het niveau van de inburgeringsvragen. Ik heb geen reden aan te nemen dat we er op dit moment mentaal beter aan toe zijn, want om mensen te kunnen laten integreren, moeten ze eerst welkom zijn. Daarna kunnen we samen lachen om de stupiditeit van de vraagstelling. En zolang er nog zoveel volgelingen zijn van zo’n rare politicus met bescherming, is het niet de vraag of mijn zoons het land uit moeten, maar eerder de vragen of ze hier nog wel willen blijven.

19. OPRUIMWOEDE VOOR FEYENOORD uit de serie de kabbelende 100

 

De spannende dagen komen er aan, de winterstop is voorbij. Mijn gedeelde Feyenoord seizoenskaart met mijn broer kan weer geconsumeerd worden. Voor het derde seizoen hebben we twee kaarten zodat we om en om naar Rotterdam kunnen rijden met onze oudste zonen. Uiteraard de belangrijke wedstrijden, natuurlijk is iedere wedstrijd belangrijk, kopen we kaarten bij. Gaan we met zijn vieren. Soms kopen we die kaarten met de clubcard die mijn zoon en ik hebben, of anders geeft de seizoenkaart de mogelijkheid om kaarten bij te bestellen. Nooit een probleem. Maar alarm, de telefoon gaat, mijn broer meldt dat bij de wedstrijd tegen 020 je geen kaarten mag kopen met de seizoenkaart en nu baal ik van mezelf dat ik niet eerder de onlangs zoekgeraakte clubcard heb bijbesteld. De kans is heel groot dat ik er niet bij ben op 2 maart tegen 020. Hoe catastrofaal stom kan een mens zijn?

Het is buiten mooi weer, maar ik zoek in alle denkbare laden in huis. De clubcard is verloren, of ik heb hem ergens opgeborgen, in een jaszak laten liggen of is uit mijn portemonnee gevallen? Echt nergens te vinden. Wel vind ik nog oude staatssloten, zijn ze verzilverd? Ook nog een envelopje met vier tientjes, helemaal niet gek, maar je koopt er niets voor. In ieder geval geen kaartje voor dè wedstrijd. Verder nog losse munten uit het guldentijdperk en lege batterijen. Ondertussen wordt ieder laatje in huis het toonbeeld van netheid, want als we dan toch bezig zijn, ruimen we maar op. Je zou bijna zeggen, ieder nadeel heb zijn voordeel, om maar eens een bekende Nederlander te quoten. Echter in dit kader is dat ongepast en zo voelt het ook helemaal niet, die voordelen. Voor 28 januari 2014 moet ik die clubcard hebben, want anders is het uitverkocht. Ik weet het zeker. Er is een kleine kans dat je op tijd een nieuwe hebt aangevraagd, maar kan ik daar op gokken. Het zal wel moeten, want het ding is nergens te vinden.

De hond piept en wil uitgelaten worden. Het is nog steeds mooi weer, bijna lenteachtig. Als je niet beter wist zou ik de voorjaarshormonen hebben om het hele huis schoon te maken. Maar zo zit ik niet in elkaar. Al groeien de madeliefjes (meizoentjes zoals mijn vader ze noemt) langs de berm van de weg op 18 januari, voor mij is het voorlopig nog geen lente.

En we gaan nog niet naar huis

Ken je die mop van die twee die naar Parijs gingen? Het is nauwelijks humor te noemen en het kan alleen gedijen bij de herhaling uiteraard. Zo is er een alternatief voor deze dijenkletser in de huiselijke sfeer van Sprakeloos. ‘Ken je die twee culturele hoogvliegers die naar het Boymans van Beuningen gingen?

100_1523Hedenochtend met nog twee NS-tickets voor vrij reizen, kwam het plan bovenborrelen om gebruik te maken van de reisbiljetten. De keus viel op Rotterdam. Ik kom er vrij frequent, minimaal tien keer per jaar voor een wedstrijd in De Kuip. Daarna is het meteen weer terug naar Duiven. Prachtige omgeving daar in Zuid en misschien zal ik in mei 2013 van daaruit naar de Coolsingel trekken en dus wat langer in Rotterdam blijven. Wie weet? Rotterdam een prachtige stad, dus, maar ik ken het eigenlijk niet. Slechts één keer ben ik op de Kop van Zuid geweest voor mijn werk en in de jaren tachtig moest ik eens naar de universiteitsbibliotheek voor mijn studie.

“Het Boymans” heeft ons nog nimmer mogen ontvangen en de planning is vandaag 4 100_1524januari. Een goede start van het nieuwe jaar. Eerder dan één uur konden we niet weg, we misten een aansluiting in Arnhem en vlak voor Rotterdam was er vertraging. We hoopten kwart over drie bij het museum te staan, maar het werd een half uur later. Eenmaal binnen waren we typische Nederlandse calculerende burgers. €32, – voor slechts 70 minuten Cultuur vonden we te veel.

100_1526Onze eerste culturele uitjes komen weer bovendrijven. Amsterdam 1991. Andere stad, andere tijd en een andere voetbalclub, maar nog steeds dezelfde mensen, zij die uiteindelijk niet gingen. Ook toen hebben we het Anne Frankhuis gemist, het Rijksmuseum van de buitenkant aanschouwd en door een chagrijnige suppoost van het Vincent van Goghmuseum werden we al heel snel naar de uitgang gekeken. Het liep tegen sluitingstijd. We zouden drie dagen cultureel besteden op ons eerste gezamenlijke uitje, we sliepen op de studentenflat Uilenstede van mijn broer. Oorzaak was dat diep in de nacht, vaak ’s morgens vroeg werd en er uitgebreid ontbeten moest worden, want op een lege maag kun je niet de stad in. Amsterdam ‘by night’ was voldoende toen.

Zo ook vandaag, op de kop af 22 jaar later is eventjes Rotterdam ‘opsnuiven’ uiteindelijk100_1530 voldoende. Als je de skyline alleen vanuit de verte kent, of erger nog van plaatjes, dan kun je concluderen dat Nederland slechts één wereldstad heeft en dat is Rotterdam. En de cultuur met hoofdletter C die kwamen we onderweg wel tegen. De feeërieke taferelen op de Westersingel ‘by night’ waren leuk, of ze nu met kapitalen geschreven worden of niet. Bovendien heerlijk gegeten bij ‘De Unie’ voor slechts een beetje meer dan de entree die we bespaard hadden. Wat wil een mens nog meer in Rotterdam?

Misschien de clou van de evergreen? Ken je die mop van die twee culti’s die naar het Boymans van Beuningen gingen? Ze gingen weer niet. L’ histoire se repete en dat is de kracht van humor. Toen vanwege jeugdige overmoed, nu door volwassen verplichtingen……..

100_1531‘When two ducks go to town’

Rohda in Babberich, het ging maar net

INLEIDING

Eigenlijk had ik het sfeerverslag zo willen beginnen:

,, Net als vroeger op de fiets naar Rohda, voor mijn eigen voetballoopbaan of anders voor het eerste. Peddelend tussen de Pauluskerk en de Paulusschool, de Oude Molenweg overstekend en de Göbelstraat in (die kan op dit moment wel eens prachtig in bloei staan, als de bomen van vroeger er nog zijn tenminste); bij de OBS Westdorp richting het Raalteveld en bij de BK-straat de Hofstedelaan in langs het FRC en via de Zwolsestraat naar het Rohdaveld.”

Maar zo begint mijn verslag niet. Ik zou op de fiets van Duiven naar Babberich gaan omdat mijn partner en jongste zoon naar de puppycursus moesten. Sinds kort hebben we een pup, genaamd Pippa. Maar het ging niet door, dus ik kon met de auto. Meteen greep ik die kans, want ik had geen zin in 10 kilometer tegenwind. Mijn sportieve inslag is groot, maar mijn verslaving aan sigaretten helaas groter. Dus met de auto maar.

Half november had ik de laatste wedstrijd van Rohda in Uden gezien en was onder de indruk. Ook de thuiswedstrijd tegen Alcides deed mij dromen over wedstrijden in Groesbeek het komende seizoen bij de vrienden van De Treffers en Achilles ’29. Ik was heel enthousiast, maar de resultaten in de daarop volgende periode vielen wat tegen. Dus ik dacht op 1 april zal ik maar eens kijken in Babberich wat er aan de hand is.

DE AMBIANCE IN BABBERICH

Aangekomen bij het Sportpark van SV Babberich zag ik dat ik niet de enige was, maar heel veel meer mensen waren er ook niet. Dat heb ik wel eens anders meegemaakt. Babberich staat bekend om de hechte dorpsgemeenschap en de liefde voor de club was bijna spreekwoordelijk. Gaandeweg de wedstrijd schatte ik dat het aantal ROHDA aanhangers toch zeker op 25%, dus dat moet beter voor een club die op degraderen staat.

Entreebewijs op zak, boekje meegekregen en een euro aan de jongens van de lootjes gegeven en mijn blik viel op het bord van SV Babberich 80 jaar met het prachtige onderschrift van een van Nederlands beste liedjes: ‘Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder.’ Al deze kwalificaties zullen voor de 80 jarige club van toepassing zijn. Voor deze middag vrees ik dat het huilen wordt en door de luidsprekers klinkt heel toepasselijk: ‘It’s my party and I cry if I want to’. Gevoel voor humor kan ik de clubmensen van Babberich niet ontzeggen.

In de zeer frisse eerste aprilzon nam ik plaats aan de kant van het veld. Het leek wel of de weergoden ook heel goed wisten wat 1 april betekende en dus ons allen een loer draaiden. Helemaal gerust op een goede afloop was ik nog niet vanwege al dat puntenverlies de afgelopen maanden. Dromen over een reisje Groesbeek kan ik voorlopig uitstellen, vrees ik. Naast mij staan een aantal hevig mopperende Babberichers (of Babbersen, hoe noem je die mensen) die hun spelers hartstochtelijk souffleerden. “Mo, je moet dit, Mo, naar voren, Mo, korter erop.” Mo deed gewoon zijn ding. Ook ene Röhmer kreeg er van langs met veel gvd’s. (Misschien moet ik u tussendoor een geheimpje vertellen over de omgeving van Babberich. De plaats is een onderdeel van de gemeente Zevenaar en ligt tegen het Gelders Eiland aan (gemeente Rijnwaarden). Van vroeger uit een stukje door rivieren omsloten Nederland dat bekend stond om het vechten tegen de elementen. De godvruchtigheid van de bewoners was iets minder dan elders in Nederland. Het vloekend vermogen was echter significant groter dan elders. Ik heb inmiddels enige ervaring. Deze middag werd ik er mee geconfronteerd. En ik niet alleen ook ‘Mo’ en ‘Röhmer’.

BABBERICH HOOLIGANS

De passie was niet alleen bij deze toeschouwers aanwezig, ook de keeper van Rohda werd gedurende de eerste helft ernstig geïntimideerd door ‘The Babberich Hooligans”. Ze zongen wijsjes en sprongen op en neer alsof ze in De Kuip stonden. En ik kan het weten, want ik was er gisteravond. Daar moet ik het mijne van weten en liep in hun richting. En inderdaad, zeker drie van de kereltjes waren voor Feyenoord. Dat verbroederde, maar slechts voor even, want toen duidelijk werd dat ik juichte bij het doelpunt van Melvin Velthuis, kon ik maar beter verder lopen. Dit werd mij vriendelijk doch dringend te kennen gegeven.

VOETBALASPEKTEN

O ja, had ik het al over het voetbal gehad? In vergelijking met een klein half jaar geleden was dit Rohda voor mij onherkenbaar. De werklust was er nog wel, daar ontbrak het niet aan, maar de passie leek verdwenen. En erger nog dan dat, de samenhang was weg, alsof er gebrek aan onderlinge communicatie was. Hoe is dat toch mogelijk vraag je je af als passant? De Raaltenaren waren naar mijn volledige objectieve maatstaven beter dan de degradatie-kandidaat. En toch was dat over de hele wedstrijd qua kansen niet duidelijk. Zeker het laatste kwartier dat ingeluid werd met een bal op de paal, was de totale controle over de wedstrijd weg en werd het zelfs nog 2-1 en roken ze in Babberich nog kansen.

En daar waar de communicatie onderling afwezig leek, wisten de spelers van Rohda de scheidsrechter wel verbaal te belagen. Toegegeven, de wedstrijdleiding was niet altijd even sterk. De man in het zwart wist met de emoties van beide ploegen niet goed om te gaan, waardoor de wedstrijd soms onnodig hard was. En van een degradatie-kandidaat is dat misschien logisch, maar een potentiële kampioenskandidaat moet ervoor zorgen dat de regie in eigen handen blijft bij dit soort wedstrijden. Dan zijn de vele overtredingen niet nodig en hoef je je eigen frustraties niet op de scheidsrechter bot te vieren. Hoewel, op het einde werd ik ook boos, het leek het erop dat de scheids door wilde laten spelen tot het moment van 2-2. Gelukkig was het ook voor de arbiter na ruim vijf minuten extra tijd voldoende.

OVERPEINZING

En voor mij was het ook voldoende. Ik pieker me suf hoe als toeschouwer het eerste van Rohda met goede raad bij te staan. Ronald Koeman neemt zijn ploeg mee naar een militaire training op 2 april. Misschien kan Rohda aansluiten en zich bekwamen in het morsen om zo de onderlinge communicatie te verbeteren. Tot die tijd is het vechten en werken, dan zal ik bidden en hopelijk weer bewonderen in de nabije toekomst.

Op de terugweg prijs ik mezelf met de auto te zijn gekomen. Ik rook rustig mijn sigaretje en dan weet ik het. Als Rohda dit jaar toch nog kampioen wordt, theoretisch is het mogelijk, stop ik met roken en kan moeiteloos op de fiets naar Groesbeek volgend jaar, ongeveer 30 kilometer voor mij. Lijkt me een goede deal.

En voor Rohda en Babberich een mooi youtubefilmpje van Ramses Shaffey

 

Happy Teeth meets Serious Request 2011

Serious Requist heeft mijn zegen. En dat is heel wat voor een potentieel azijnpisser. Zojuist heb ik €11, – gestort en vraag een nummer aan van Rowwen Hèze aan met de toepasselijke titel “Maria”. Nu is dat geen wereldschokkend bedrag, maar het is een bedrag met een bewogen geschiedenis. Ik denk dat dit om een verklaring vraagt.

Deze zomer was er een grote actie voor de Hoorn van Afrika via giro 555. Tegelijkertijd werd er een personalityshow gecreëerd rondom een stom dier. Ik zeg met klem stom, niet omdat het een dier is of omdat ik een hekel heb aan dieren, integendeel. Stom zeg ik omdat het dier de weg kwijt was geraakt en zand aanzag voor sneeuw. De oplettende lezer weet dat ik het dan heb over ons aller “Happy Feet”.

Voor de goede order, ik ben compleet psychisch gezond, maar als ik hoor dat minimaal €18.000, – nodig is om een pinguïn terug te laten zwemmen naar zijn roots, terwijl tegelijkertijd mensen bij bosjes sterven, ga ik compleet uit mijn plaat. Ik ga stuiteren en vind de hele wereld compleet mesjoche of op zijn minst autistisch.

Om dat negatieve gevoel een beetje te beteugelen heb ik maar een eigen actie opgestart onder de werktitel ‘Happy Teeth’. De werkwijze en voorwaarden staan op mijn blog dat ik toen schreef. Om mijn verhaal kort te houden, mijn actie is compleet mislukt. Ik zelf heb €9, – gedoneerd en mijn oudste zoon ook nog eens €1, 80 omdat hij niet kon leven met het feit dat zijn vader af en toe een weirdo is en bovendien teleurgesteld zou zijn over hierin alleen te staan. Ja, ik houd van mijn zoon.

Met Serious Requist 2011 in Leiden heb ik besloten het luttele bedrag te storten op het gironummer voor deze actie.

Om de stupiditeit van Happy Feet te accentueren hieronder voor de liefhebber mijn meest favoriete gedicht van Erik van Os:

Dag papegaai, zei de pinguïn
Dag papegaai, zei de papegaai
Nee, zei de pinguïn, jij moet dag pinguïn zeggen
Nee, zei de papegaai, jij moet dag pinguïn zeggen
Jij bent een papegaai, zei de pinguïn
Jij bent een papegaai, zei de papegaai
Stomme papegaai, zei de pinguïn
Stomme pinguïn, zei de papegaai

 Omdat €11, 00 misschien wat mager is, doe ik een voorstel. Als dit prachtige gedicht door één van de bewoners van het Glazen Huis  op een dragende wijze weet voor te dragen zal ik nog een bijdrage storten van €1, – ( x het aantal doelpunten dat Feyenoord dit seizoen gescoord heeft.) Ik tel er 34.

Dat de actie Happy Teeth mislukt is, kan ik meeleven. Wie stort er nu op een wildvreemd banknummer als het ook rechtstreeks kan. Mochten er per ongeluk mensen zijn die na lezing van dit blog alsnog storten op het nummer voor Happy Teeth, dan komt dat alsnog op de goede plek terecht beloofd.

Maria, de moeder aller moeder, voor #SR11

]

Dagje Kuip is Puik: Feyenoord-FC Twente 18-12-2011/ Met een Raalters tintje

Er waren twee opvallende zaken op zondag 18 december 2011 in De Kuip. Allereerst, Feyenoord speelde een fantastische eerste helft tegen de FC Twente. Je zou zelfs kunnen stellen dat de Tukkers van Co geld mee moesten nemen omdat ze hogeschool voetballes kregen, met de daarbij behorende vechtersmentaliteit. De tweede helft was beduidend minder. Ik zou willen dat ik Ronald Koeman hierover wat tips kon geven, maar wie ben ik?

Het tweede opmerkelijke die zondag was de aanwezigheid van een nadrukkelijk Raalters tintje. Natuurlijk, omdat ik, getogen in Raalte, als 1/45.000 deel de twaalfde man was, maar er was meer. Ook heel belangrijk was de mascotte van de dag, een pupil van Rohda Raalte. Een van de grensrechters, ik blijf die term gewoon gebruiken, had zijn wieg in Raalte Last but not least, de reservekeeper van Twente komt van Rohda Raalte. Die werd niet ingezet. Rohda uit Raalte is een goede hoofdklasse club, al heeft dat mezelf nooit een voetballoopbaan opgeleverd. Dat lag niet aan de club trouwens. De goede flow uit Raalte heeft vast een bijdrage opgeleverd voor de wedstrijd.

In de eerlijke verdeling van de wedstrijden met mijn broer, kan ik stellen dat mijn zoon en ik tot nu toe aan het langste eind hebben getrokken. De resultaten van Feyenoord in aanwezigheid van mijn broer zijn tot nu toe iets minder. Dat is sneu voor hem en zijn zoon, maar hij krijgt Ajax en AZ nog, dus er gloort hoop. Mocht het verschil in resultaten bij mijn en zijn aanwezigheid echt significant bestaan, dan moet ik maatregelen nemen. Ik overweeg dan om me aan te melden voor de “Kameraadjes” en te ijveren voor een functie als permanent mascotte. Ik besef dat zoiets geen gezicht is, een belegen 45 jarige buik, maar goed als het helpt.

Trouwens al schrijvend begint zich een idee te ontwikkelen voor de zorgen die er ook zijn bij mij als supporter. De wisselvalligheid is nog aanwezig bij Feyenoord. Het verschil tussen de verschillende wedstrijden is gigantisch. Sterker nog, in één wedstrijd kun je je als supporter in het voetbalparadijs wanen, terwijl even later de afgrond nadert. Waar zal dat aan liggen? Ervaring, vermoeidheid of concentratie? Misschien moet Ronald Koeman eens een alternatieve training voor dit aspect ontwikkelen. Ik heb wel een ideetje, yoga voor de mannen. Lijkt me het proberen waard. Mocht het zover komen, toevallig woon ik samen met een uitstekende yogadocente, de moeder van mijn kinderen. Ze weet bijna niets van voetbal, maar dat hoeft geen beletsel te zijn voor een loopbaan bij een grote voetbalclub, dat is hedentendage te zien bij die gasten van 020. Mijn vrouw zal door een uurtje ontspannende yoga trouwens geen enkele schade berokkenen.

Zondag 18 december 2011, met een goed gevoel terug naar huis, Duiven, nabij de roots van keeper Erwin Mulder. Dit keer met de trein in de wetenschap dat pas half februari 2011 onze beurt weer is. Mogelijk dat Feyenoord zich dan definitief bij de beste 3 heeft geplaatst, misschien al wel meer?

Puik in de Kuip: Feyenoord – PSV (4 december 2011)

Bijna dertig jaar geleden zag ik mijn eerste, tevens laatste topper van Feyenoord. Vandaag was het weer zover, samen met zoonlief naar De Kuip om ‘de onzen’ tegen PSV te zien spelen. Passend bij de tijd van het jaar zou ik willen beweren ‘Vol verwachting klopt ons hart’. In de wetenschap dat Feyenoord de laaste wedstrijden met pieken en dalen speelt, rijden we optimistisch naar Rotterdam. Het was rustig op de weg, dus binnen vijf kwartier waren we bij De Kuip, ruim op tijd in het stadion. Onderweg bespraken we de wedstrijd. We waren benieuwd of het spandoek ‘Deze wedstrijd werd mede mogelijk gemaakt door de gemeente Eindhoven’ te zien was. Ik vind dat namelijk een leuk spandoek dat aangeeft hoe verschillend gemeenschapsgelden verdeeld worden aan profclubs en daarmee oneerlijke concurrentie met zich meebrengt. Het zij zo, we blijven optimistisch.

Mijn gedachten gaan even terug naar mijn eerste topper, Ajax-Feyenoord in het Olympisch Stadion. Het moet begin jaren tachtig zijn geweest. Heel veel staat me van de wedstrijd niet meer bij, anders dan dat het 1-1 is geworden en dat Ajax kampioen werd. Feyenoord was geen titelkandidaat meer. Ik heb geen zin om het op te zoeken, want ik ben niet echt geïnteresseerd in de jaartallen waarin 020 kampioen werd. Wat me vooral bij is gebleven is de opmerkelijk rol die mijn vader toen gespeeld heeft op de tribune. Toen schaamde ik me als puber kapot, nu vind ik het vooral een onverstandige actie. We zaten vrij vooraan en om de een of andere reden was de logistiek niet geweldig. Steeds meer mensen gingen op de trappen naast ons staan en op een gegeven moment belemmerden zij ernstig het zicht op de wedstrijd. Mijn vader vroeg ze eerst vriendelijk of ze naar hun eigen plaats wilden gaan, hij had immers een half weekloon voor die kaartjes betaald, dus wilde hij wel genieten van de wedstrijd. Een enkeling keek hem stoned aan, maar de meesten van de circa veertig mensen op de trappen, stoorden zich niet aan een opgewonden standje uit het oosten van het land. Op het einde van de eerste helft hield mijn vader het niet meer en deed een laatste ultieme poging en riep: ‘Beste mensen…………(en toen brak zijn geduld en schreeuwde vervolgens) OPROTTEN allemaal.’ Een grote boze man uit de Bijlmer keek hem even vuil aan, vervolgens keek hij naar de ME die vlak voor ons opgesteld stonden, maar geen vinger uitstak naar de drukte en besloot dat zijn joint belangrijker was dan een boer die voor Feyenoord was. Mijn vader heeft het maar zo gelaten, gelukkig. Er was toen nog geen clubcard en als relatief neutrale supporter kon je overal geplaatst worden. Toen kon dat nog, maar echt gezellig was het niet.

Vergeten zelf foto’s te maken, heb deze maar eerlijk gepikt van de site, welke is wel duidelijk.

Dat was het vandaag wel, vooraf, tijdens en zeker na de wedstrijd tegen de Eindhovenaren. Het was spannend, Feyenoord was goed op dreef en liet vooral een heel gezonde portie werklust zien. Vooral dat laatste is volgens mij doorslaggevend geweest voor de winst van Feyenoord, of zoals Koeman het zelf ook verwoorde: ‘Aan beide kanten konden er meer doelpunten gemaakt worden.’ Desalnietemin, een zeer verdiende overwinning met twee mooie doelpunten voor Feyenoord. Langzaam maar zeker klopt Feyenoord voorzichtig aan bij de top van de Nederlandse competitie, de plek waar ze ook horen te staan.

Wedstrijden als die van vandaag kunnen me niet vaak genoeg voorgeschoteld worden. Ik weet niet of het spandoek dat ‘deze wedstrijd mede mogelijk werd gemaakt door de gemeente Eindhoven’ aanwezig was, want de tweede ring is voor mij niet zichtbaar. Een spandoek dat iedere wedstrijd mede mogelijk wordt gemaakt door de 12e man zou niet misstaan in De Kuip. De sfeer was optimaal, de wedstrijd heel spannend en na 90 minuten kwam ik er achter dat ik geen foto heb gemaakt van de wedstrijd zelf. Niet aan gedacht, dus nog maar snel een foto van het bijna voltallige Feyenoord publiek dat bleef na afloop om het team te bedanken. En andersom natuurlijk. Ik verheug me al op de wedstrijd tegen FC Twente. De echte kraker op 29 januari 2012 is helaas voor mijn broer en zijn zoon, want we delen de seizoenskaart natuurlijk eerlijk. Want eerlijk zullen we alles delen, ook de toppers.

Een Kuip dagje is een puik dagje: Feyenoord – VVV (16 oktober 2011)

INLEIDING
Hoe heeft Feyenoord zich ontwikkeld na het dramatische verlies tegen de Hagenezen, het lijkt al weer weken geleden. En het is nog langer geleden dat ik voor het eerst met mijn deelseizoenkaart in De Kuip was. Eind augustus tegen Heerenveen was mijn primeur. Mijn broer en zijn oudste zoon hadden de wedstrijden tegen ADO en De Graafschap en vandaag dus VVV met mijn oudste zoon, die me in de tussenliggende periode van alle ins en outs, belevingen en bevindingen rond Feyenoord op de hoogte heeft gehouden.

Ruim op tijd parkeren we bij metrostation Lombardije. Nu weten we dat we betalen moeten, de parkeerbon van de vorige keer is trouwens nog niet binnen. We lopen mee met de stroom richting het stadion. Onderweg een enorme vuurwerkknal. ‘Als ze dat in het stadion doen, wordt dat weer betalen.’ Ik kijk mijn zoon aan en denk, sommige weetjes weet ik ook wel. Maar anderen blijkbaar niet, want in de twaalfde minuut ging er inderdaad een enorme knal af, dus dat wordt betalen?

Op onze tribune zie ik weinig bekende gezichten. Mogelijk dat meer mensen hun kaart delen met anderen. Mijn zoon en ik hebben er zin in. We gaan beide uit van een duidelijke overwinning, het Haagse drama zijn we al weer vergeten. Zelf denk ik nog aan het advies dat ik aan Ronald Koeman gaf na de wedstrijd tegen Heerenveen, dat hij de spelers duimschroeven mee moet geven. Ik wil daarmee zeggen dat als een tegenstander zwakker is, erop en erover en vooral niet verzuimen de kansen te verzilveren.

HET VIEL NIET MEE

Je hoopt natuurlijk op een spetterende wedstrijd, veel doelpunten en dat VVV als een soort oefenwedstrijd moest fungeren voor DE wedstrijd van volgende week. Het liefst met mooi (werk) voetbal, maar in ieder geval met passie en inzet. En dat viel verdorie tegen. Goed, Ron Vlaar heeft het hele veld wel gezien, Clasie toonde inzet en ook Guidetti stond vaker en sneller vrij dan veel medespelers door hadden, maar toch. 1-0 met rust uit een strafschopp gaf de veldverhouding en het klasseverschil tussen Feyenoord en VVV wel weer, niet het aantal kansen dat Feyenoord heeft weten te creëren. Na het doelpunt was er even wat agressie, maar het waren vooral veel fouten en gebrek aan initiatief in de voorhoede, met uitzondering van Cabral. Maar Cabral is een hoofdstuk apart en daar kom ik nog op terug. Nadat VVV in de tweede helft met tien man kwam te staan, was het duidelijk dat de strijd ongelijk zou zijn, maar met nog twee doelpunten, was het een overtuigende overwinning, maar geen overtuigende wedstrijd. 4-0 tegen VVV en boven Ajax staan in de competitie was in augustus nog de natte droom van menig Feyenoordfan. Vanmiddag is het geen droom, maar de werkelijkheid. En vorig jaar verloren we dit soort wedstrijden, dus ik moet niet lullen, drie punten zijn binnen, en toch……Toch wil ik meer, in ieder geval meer passie en werklust zien en vooral niet dat angstige getik rond de zestien omdat niemand echt het initiatief durft te nemen met uitzondering van Cabral, maar die was vanmiddag ook enkele hele belangrijke lessen uit de basis van het voetbal vergeten.

EEN CABRALLETJE

Samen met mijn zoon vonden we tijdens de wedstrijd het Cabralletje uit. Een Cabralletje staat voor een maximum aan bewegingen met een minimaal resultaat. We zagen ze te veel deze middag, vooral bij Cabral, de uitvinder van het Cabralletje. Er waren voorbeelden te over waarbij een eenvoudige pass op Guidetti of meteen een voorzet in het zestienmetergebied kansen zouden opleveren. Dat zag het publiek heel goed, maar de rechter spits van Feyenoord niet. Hij had wel de ene schaar na de andere in de aanbieding, maar draaide de tegenstander niet dol, vooral zichzelf. Ook het Cabralletje buitenom, dat is een zinloze loopactie richting de cornervlag, waarbij een corner het hoogst haalbare is. Een voorzet werd vakkundig tegen de moegelopen VVV verdediger aangeschopt. Vaak werd het helemaal niets. En ik zal eerlijk zijn, een cabralletje is leuk als er 1 op de 10 tot een prachtig doelpunt leidt, maar een cabralletje is uiterst irritant als het niet helemaal loopt met het team. Er komen zelfs allerlei flauwe rijmpjes in me op, want er zijn veel woorden die rijmen op Cabral. Ik noem er een paar: bal, verval, gebral, vazal, getal, mal.

Beste Cabral

Maak ’t niet te mal

met 100.00 scharen in getal

speel liever op tijd die bal

Ik houd het simpel, want zo’n jonge jongen moet je ook niet kapot schrijven. Het uitfluiten vind ik dan ook jammer, hoewel ik het wel begrijp. Soms is simpel beter, voor jezelf en voor het publiek. Aan de andere kant als het beslissende doelpunt volgende week tegen Ajax via een Cabralletje wordt gemaakt dan gun ik hem weer een oneindige hoeveelheid scharen. Zo ben ik dan ook wel weer, bovendien zal ik dan proberen een heel ander rijmpje te maken.

DE GENERALE

Ze zeggen vaak dat een slechte generale repetitie de beste voorbereiding is op het echte werk. Laten we het hopen. Volgende week zal ik om half één klaar zitten voor Eredivisie Live. Ik hoop dan na afloop van die wedstrijd met een opgelucht hart naar Wijchen te rijden, om de verjaardagen van mijn neefjes te vieren en de seizoenskaart aan mijn broer te overhandigen die op 5 november tegen NEC paraat zal zijn. Nu dacht na de toch wel iets tegenvallende wedstrijd te kunnen eindigen met de woorden: ‘Maar we hebben in ieder geval het boek nog.’ Ik verheugde me namelijk op het boek over Coen Moulijn, maar de rij was zo lang, dat ik vreesde dat we alnog te laat zouden komen en dus weer een parkeerbon. Dat boek heb ik dus tegoed. Trouwens dit is in heel mijn leven de tiende livewedstrijd van Feyenoord en de eerste keer dat Feyenoord won. Alle voorgaande wedstrijden eindigden in gelijkspel als ik er bij was.

Een Kuip dagje is een puik dagje: Feyenoord – Heerenveen 280811

IN DEN BEGINNE

Er waren eens twee mensen, mijn vader en moeder, heel rustige mensen. Op een genoeglijke voorjaarszondag in 1974 werd de rust heel onverwacht verstoord. Gekluisterd aan de radio, Langs de Lijn, schreeuwden ze het uit. Mogelijk Theo Koomen kondigde het kampioenschap van Feyenoord aan. Ik zeg met opzet ‘ze’ want voetballen dat deed ik voornamelijk zelf, de rest interesseerde me niet. Sinds dien was dat anders. Na dat ik getroost werd, ik was enorm geschrokken, ben ik het voetbal gaan volgen en uiteraard was Feyenoord mijn club. Op het schoolplein was ik voortaan Willem van Hanegem of Eddy Treytel als ik keeper was. Op mijn manier is de liefde voor de club nooit meer weggegaan. ’s Zondags Langs de Lijn en Studio Sport met het spreekwoordelijke bord bami natuurlijk. Later is dat minder frequent geworden, maar altijd teletekst bij de hand. Als jongetje ben ik twee keer met mijn vader naar het Diekmanstadion in Enschede geweest om Feyenoord te zien, twee keer heb ik Feyenoord zien spelen in Deventer, één met Johan Cruijff in de gelederen en in 1983 hadden we kaartjes voor de match in het Olympisch stadion.

Eenmaal groot geworden, bleef het liefde op afstand, maar met met oudste zoon moest ik beslist naar een wedstrijd en het werd De Graafschap in Doetinchem, een beroerde wedstrijd met Peter van Vossen nog in het team. Het heeft daarna bijna tien jaar geduurd voor hij mijn Feyenoordpassie heeft overgenomen. Ondertussen was ik op mijn 41e voor het eerst in De Kuip geweest voor een wedstrijd tegen Vitesse. Recent pikken we af en toe een wedstrijd mee via ‘Eredivisie Live’.

Mijn broer stelde voor een seizoenkaart te delen zodat we ieder met onze beider oudste zonen naar de thuiswedstrijden konden gaan. ‘Strak plan.’ Op zijn kaart en die van zijn jongste zoon konden wij immers ook met clubcard naar binnen en die had ik inmiddels al half jaar. Vanmiddag was het zo ver, de wedstrijden zijn eerlijk verdeeld, en de primeur was voor mijn zoon en mij, Feyenoord-Heerenveen.

 

TOEN WIJ NAAR ROTTERDAM VERTROKKEN

Toen wij naar Rotterdam vertrokken, vertrokken wij dan richting De Kuip. Printje mee voor de juiste route, de 128 kilometer verliepen probleemloos en op advies van mijn broer, die al een paar keer vaker was geweest, parkeerden we de auto bij metrostation Lombardije, veilig, gratis en goed loopbaar naar het Stadion. Een primeur voor mijn zoon die zich heeft ontwikkelt tot een wandelende encyclopedie. Hij weet veel nieuwtjes, roddels en achterklap via Twitter en andere sociale media. De eerlijkheid gebied me te zeggen dat dit zoveel is, dat veel me ontgaat, maar samen met mijn oudste zoon naar Feyenoord geeft toch een heel feestelijk gevoel.

‘Zou mooi zijn als Ron Jans vanavond vertrekt’ De logica van zijn woorden ontgaat me, hij ziet mijn vragende gezicht en verduidelijkt zijn stelling: ‘Tja, dan hebben we in ieder geval gewonnen.’ Zo snel ben ik niet, bovendien verwonder ik me over de aanzwellende stroom supporters, terwijl het eigenlijk nog vroeg is. Om één uur stonden we voor de ticketoffice, met kopieën van paspoorten, betalingsbewijzen en bevestigingsbrieven van mijn broer en uiteraard onze eigen identiteitspapieren. Zou het goed gaan, want zo’n telefonische afspraak gaat 9 van de 10 keer fout. Geen enkel probleem, we kregen twee enveloppen mee met daarin de seizoenkaarten en hulpvaardige stewards leggen ons ongevraagd van alles uit. Hulde hiervoor. Dit waren we in de Arena anders gewend bij een wedstrijd van het Nederlands elftal, te beroerd om ons ook maar een beetje wegwijs te maken. Aangekomen op de juiste plaatsen, kwamen we tevreden tot de conclusie dat het hele beste plekken waren. Meteen maar een fotootje schieten. Het is geen straf nog een uurtje te wachten, kijkend naar een vol lopende Kuip. Jammer dat internet en de telefoonverbinding niet werken, maar och als dat het enige probleem is, tekenen we ervoor.

DE WEDSTRIJD

We komen natuurlijk voor de wedstrijd tegen Heerenveen. Na enkele minuten was het voor mij duidelijk dat de Friezen in theorie geen probleem moesten opleveren en toch was ik niet echt onder de indruk. Met name het individuele loopvermogen van de Friezen baarde me zorgen. Bovendien vond ik de verdediging van Feyenoord te afwachtend op beslissende momenten. Even is mijn aandacht weg als het vuurwerk ontstoken wordt. ‘Twaalfde minuut’ zegt mijn zoon. Nu wist ik dat bij Feyenoord geen nummer 12 speelt want dat is het publiek, en ik ben vandaag ook een beetje nummer 12, maar dat ook precies de twaalfde minuut voor het publiek is, wist ik niet. Wel mooi. Heerenveen maakte het eerste doelpunt uit, volgens mij, een te gemakkelijke strafschop, terwijl de Rotterdammers een strafschop werd onthouden. Bovendien mocht Heerenveen niet klagen door slechts met een gele kaart weg te komen bij een overtreding op een doorgebroken speler. Met een doelpunt van Fer is het gelijkspel in de rust. Tijd en ruimte genoeg om het karwei af te maken, hoewel Heerenveen al op de slachtbank had moeten liggen, want in hun vierde wedstrijd straalt het niveau van de Friezen al de geur van degradatie uit.

In de pauze leer ik iets van de communicatie van het Legioen, bijvoorbeeld door naar andere vakken te zwaaien wordt het gesprek gestart. Of wat te denken van de uitroep “Komen wij uit Rotterdam dan” dat beantwoord wordt met “Ken je dat niet hore dan?’ Ik zal een taalcursus Rotterdams gaan overwegen.

Na de pauze komen de Friezen snel op een voorsprong. Feyenoord moet dan alle energie weer steken in de gelijkmaker die komt via Cabral. Het doelpunt werd voorafgegaan door mooi voorbereiden werk, hetgeen ik ook te weinig zag deze middag. Want waar ik in de eerste helft me zorgen maakte over de verdediging, ergerde ik me in de tweede helft af en toe aan de besluiteloosheid van de aanval. Veel spelers, waaronder Cabral hebben veel te veel bewegingen nodig om een actie te maken. Bij Cabral is het voordeel dat er ook wel een aantal zaken goed gaan. Ik was minder content met het optreden van Fer. Te vaak na het aannemen van de bal is het één keer kappen en dan……niet schieten, maar nog een keer kappen en de kans is weg. Die besluiteloosheid zag ik meer, waardoor de daadkracht ontbrak, de duimschroeven moesten aangezet worden en dat lukte niet echt, ook niet tegen negen Friezen vanwege twee terechte rode kaarten. Het maakte de wedstrijd wel spannend, waarbij het angstzweet je in de bilnaad stond omdat kans op kans werd gecreëerd, zonder echt heel gevaarlijk te worden. Dus mijn advies aan Koeman voor mijn volgende wedstrijd en dat is tegen VVV om de spelers te voorzien van duimschroeven en laat hij dan ook Anas Ashahbar weer opstellen. De zeventienjarige debuteerde vandaag en dat ziet er veelbelovend uit.

Trouwens over duimschroeven gesproken, zelf ben ik ook op de pijnbank gelegd en wel door de Rotterdamse parkeerpolitie. Een bon van €53,50. Was er dan een parkeermeter dan? Ik heb niets gezien daaro, dat is lekker dan. Tegen VVV op 16 oktober beter opletten en zal me broer maar waarschuwen voor de wedstrijden tegen De Graafschap en ADO.