Een gros woorden voor de week (12 juni 2021)

FEEST, er is een medicijn tegen Alzheimer. Aducanumab heet de wonderpil. Dit is een naam die iedereen voor in de mond heeft, gelijk Pfizer en Moderna. En we zullen zeer kritisch zijn. Nieuwe wappie’s mogen bewijzen dat ze al Alzheimer hebben. Maar ik vind het fantastisch nieuws. Alzheimer is een ziekte die iedereen vroeg of laat op een dramatische manier zal meemaken of zelf krijgen. Als we met zijn allen achter de wetenschap van het Alzheimer-onderzoek staan, kunnen ze het verder ontwikkelen om ook de varianten te bestrijden. Bijvoorbeeld voor vijftigers die ergens geen actieve herinneringen aan hebben kunnen gereset worden, of scheldende CDA-ers kunnen……nee die moeten gewoon hun mond spoelen met groene zeep. Aducanumab, onthoudt die naam nu het nog kan. Wat zal de wereld mooi worden. Mocht ik volgende week uit enthousiasme weer over Aducanumab ratelen, reserveer dan vast wat voor mij.

Geheugenvergiet

avatar

Heftig word ik geconfronteerd met de tand des tijds. Vorig jaar zomer had ik besloten om als nieuwbakken vijftiger me niet te concentreren op de aanschaf van een motor. Ook een tweede leg met een jonger exemplaar heb ik nooit overwogen. Integendeel, het is goed zo. Ik besloot Portugees te gaan leren met als doel over vijf jaar een literair werk in deze taal aan te kunnen. We zijn een jaar verder en rond de Kerst had ik een vocabulaire van meer dan 1500 woorden tot mijn beschikking. Dat wil zeggen via woordjes leren, ik ben van die generatie die denkt met woordjes leren een heel eind te komen. Ik heb een app op mijn mobiel geïnstalleerd en een programma om zelf lijstjes te maken kreeg ik als tip van mijn zoons.

Door omstandigheden worstelde ik met de tijd om naar de Portugese les te gaan en haakte af. Uiteraard was ik in de volle overtuiging dat mijn motivatie voldoende zou zijn om vrolijk verder te gaan. Drie maanden heb ik inmiddels verzaakt er iets aan te doen. Dat is jammer, maar weet je wat erger is. De woordenkennis sijpelt weg. Mijn inspanning heeft dus niet als gevolg gehad dat ik een veilige kamer in mijn brein heb, waar de deur op slot is en de woordenkennis gegarandeerd is voor de eeuwigheid. Mijn brein blijkt de spreekwoordelijke vergiet te zijn. Is dit normaal vraag ik me af. Is dit misschien het begin van wat mij te wachten staat? Ik wil het niet weten. In mijn zeer nabije omgeving word ik al geconfronteerd met de pijn die vergeetachtigheid met zich meebrengt. Maar mijn vader is 86, ik moet dus nog 35 jaar. En ik had bedacht in die jaren Portugees te spreken. Goed ik heb nog vier jaar te gaan en voor mijn vakantie begin augustus zal ik mezelf de duimschroeven aanleggen. Ik accepteer vooralsnog niet dat het geheugen een vergiet is.

Toen ik dit blogje de titel Geheugvergiet meegaf, schreef ik per abuis op Verheugengegiet moest ik lachen. Al was het wel een wrange lach. Een prachtig woord Verheugengegiet, veel mooier dan geheugenvergiet. Ik giet al hetgeen ik me verheug vast, waarbij de Portugese woorden verankerd zijn voor de eeuwigheid die me gegeven is. Ik glimlach, maar constateer dat ook omdraaiingen van woorden en letters een teken aan de wand zijn.