16. GESPREK VAN MAN TOT MAN uit de serie de kabbelende 100

Ik zie mijn zoon denken, terwijl hij netjes de tafel dekt. Het is niet die manier van denken waarbij moeders heel empathisch gaan vragen ‘Is er wat?’. Dat werkt trouwens meestal niet bij 15-jarigen. Ook mijn vaderinstinkt springt niet op oranje om hem een goedmoedige dreun op zijn schouder te geven en een serieus man-to-man gesprek te voeren. Hij kijkt niet bezorgd, een vage glimlach ontvouwt zich. Het lijkt vooral dat hij iets aan het uitbroeden is. Hij heeft nogal een filosofische inslag. ,,Pa, er zijn in Nederland nogal veel honden?” Ik bevestig zijn vraag. Sinds twee jaar zijn wij ook in het bezit van een hond. Het is dus niet gepast om te keer te gaan tegen hondenbezitters. De vraag is eigenlijk nogal een open deur en het wetenschappelijke, zoals ik zijn blik beoordeel, komt er niet uit. Tenminste nog niet. Ondertussen kijken we beide naar de doezelende Pippa.

2014-01-08 14.41.31

Terwijl ik verder ga met koken, komt hij bij me staan en stelt de vraag. ,,Denk je dat wij over 3 miljoen als mens nog bestaan?” Ik proef een hoger existentiële lading dan bij de eerste vraag. Ik murmel een beetje dat ik dat natuurlijk ook niet weet, maar het is niet ondenkbeeldig dat de mens dan niet meer bestaat. Zoveel kennis heb ik ook wel van de evolutie-leer. Mijn zoon bevestigt instemmend en zegt, meer tegen zich zelf dan tegen mij: ,,Misschien is er dan wel een andere levensvorm?” Ik knik slechts.

,,Stel dat wij helemaal weggevaagd zijn, net zoiets als in Pompeii en ze doen dan onderzoek, misschien breken ze hun hersenen dan wel met de vraag hoe zullen die viervoeters toch al die huizen en flats hebben kunnen bouwen.” Ik moet even schakelen maar barst dan in lachen uit. Ik vul hem aan dat ze ook wel hele rare huisdieren hebben op twee benen. Samen lachen we verder om het idee van wetenschappelijke onderzoek door andere levensvormen. Ook over de nuchterheid ten aanzien van de hedendaagse wetenschap, met name op het gebied van historie, want dat is voor een deel ook maar zoeken naar de ontbrekende puzzelstukjes en interpreteren. Stel dat we van het het ene moment op het andere weggevaagd worden, dan zien ze twee tweevoeters in de weer met pannen en potten en een liggende viervoeter. Tja, hoe zal dat in de toekomst geschiedkundig geïnterpreteerd worden? Het was een heel aardig man-to-man gesprek over mankind.

Was Nederland altijd al zo zwakbegaafd.

Ik heb zojuist het licht gezien, maar ik voel niet verlicht, intendeel. Dit wordt een asgrauw blogje, misschien wel inktzwart. Ik kan het nu nog niet precies aangeven, dat wordt al schrijvende pas duidelijk.

Onder de afwas, de machine is kapot, dus met echtgenote bespreken we de dag, de maatschappij en het leven. Al keuvelend hoor ik mezelf zeggen: ‘Naarmate de sociale verbanden verdwijnen en de sociale desintegratie toeneemt, merk je pas hoeveel zwakbegaafden er eigenlijk zijn.’ Korte stilte, mijn vrouw beaamt mijn woorden, en we keuvelen verder. Zelf denk ik meteen, dit is een blogje, maar hoe? Zoals gezegd, vederlicht zal het niet worden.

Mijn eerste gedachte gaat uit richting onze overgeorganiseerde maatschappij, waarbij we de overheid het liefst zo ver mogelijk weg willen, maar voor ieder smetje verantwoordelijk stellen. De verzorging van wieg tot graf is een utopie die sterk aan het verbleken is. Zeker als je bovenstaande stellingname erbij betrekt, mogen we constateren dat de overheid altijd achter de feiten aan zal hollen. Ik heb het dan over alle in het oog springende beleidsterreinen zoals (speciaal) onderwijs, (geestelijke) gezondheidszorg, politie, justitie en reclassering. Allemaal beleidsterreinen waarin instituties steeds meer te maken krijgen met de ontworteling van zwakbegaafden in onze samenleving.

Onlangs nog werd een voetbalwedstrijd opgeleukt met een mogelijk zwaar onder invloed zijnde Ajacied. Hij bewees dat hij zijn karatelessen niet echt onder controle had, maar grote maatschappelijke consternatie was het gevolg, zijn schuld. De kranten spreken over een man met een IQ van 71. Dat is niet bijster veel voor de steeds complexere samenleving.

Voorbeeldje

Zelf heb ik net een persoonlijke OV-chipkaart besteld voor mijn jongste zoon. Die zou nodig zijn voor het traject dat hij dagelijks reist met een andere vervoerder dan de NS. Volgende week ga ik verder studeren hoe ik via “Mijn Syntus” , waarvoor ik het zoveelste wachtwoord moet gaan onthouden, mijn jongste zoon legaal laat reizen naar school. Ik weet dat het me gaat lukken, maar ik durf te beweren dat ik gezegend ben met een gezond stel hersens. Maar eigenlijk is het gekmakend dat bij zulke basisvoorzieningen al een HBO-niveau gevraagd wordt.

In de gevangenissen zitten, naast de Holleeders, in toenemende mate mensen met een beperkt IQ. Percentages durf ik niet te geven, maar vanuit mijn eigen werkgebied (reclassering) kan ik het bevestigen. Vooral jongens, waarbij hun levensgeschiedenis uitwijst dat scholing weinig soelaas heeft geboden en dat de hulpverlening ook tekort geschoten is. Van deze groeiende groep vragen we steeds meer, terwijl ze keer op keer al bewezen hebben het alleen niet te kunnen. Dus komt er hulp via de instanties die er voor in het leven geroepen zijn. Bijvoorbeeld het speciaal onderwijs!

Gecharcheerde werkelijkheid

Het reguliere onderwijs laat steeds meer uitval zien en een belangrijk deel van die uitval wordt nog weggepoetst omdat mensen met een smetje weggestopt worden naar het speciaal onderwijs. Dat speciale onderwijs puilt uit met ADHD-ers, ASS problematiek en andere uitvallers. We hebben het dan nog niet eens over de grote groep zwakbegaafden, of zwakbeschaafden, zo u wilt. Als zijdelings betrokkene zie ik heel veel goede bedoelingen vanuit het speciaal onderwijs, maar ook heel veel gaat er mis. Hoe leid je jongeren op voor een maatschappij die steeds complexer wordt? Het klaarstomen voor wat, voor een baan die er toch (niet meer) is voor deze groep? En dan de bezuinigingen op het speciaal onderwijs? Dat wordt lachen, mag het reguliere onderwijs er mee aan de slag. Gecharcheerde werkelijkheid? Een klein beetje maar, niet eens zo heel erg.

En we klagen steen en been over de jeugdhulpverlening. Mijns inziens geheel terecht, want hoewel er op papier alles prachtig uitziet, is het vooral een papieren werkelijkheid met lange wachttijden en veel doorverwijzingen. Want in de GGZ is het heel gebruikelijk geworden om via prachtige PR te showen wat ze allemaal kunnen en willen, maar vooral niet doen. Met name de opvang voor de grote groep zwakbegaafden, waarbij uit bezuinigingsoverwegingen de hulp voor de iets minder zwakbegaafden al is verdwenen door een nieuwe definitie te hanteren voor zwakbegaafdheid. Een simpele handeling, namelijk door het IQ naar beneden toe bij te stellen. Een grotere groep jongeren moet zich maar zien te redden in de complexiteit van de samenleving.

Definitie van de GGZ en jeugdzorg anno 2012.

Een complex geheel van instituten die afhankelijk zijn van elkaar, maar waarbij iedere stroomlijning vakkundig vermeden wordt. Immers het belangrijkste doel is het handhaven van de eigen organisatie in dat complex. Juist omdat het zo complex is, lukt dat ook goed want de transparantie is nihil. Het diagnosticeren van geestelijke problematiek is tot in de puntjes geregeld en verworden tot de corebusiness. De vraag naar psychologen, pedagogen en psychiaters neemt alleen maar toe, terwijl dat ten koste gaat van de ‘werkvloer’. Uitgangspunt van een gemiddelde GGZ-instelling: ‘Wij kunnen u niet helpen, want wij hebben het probleem geconstateerd!’

Ik vind het op dit moment nog net niet inktzwart, mijn blogje. Ik stop dus maar. U ziet waartoe een afwassessie met je vrouw toe kan leiden. Mijn eigen scenario, waarbij ik constateer dat er steeds meer ‘dropouts’ ontstaan die steeds minder hulp krijgen. Bezuinigingen alom en een deel van de zorg komt in handen van de gemeenten Hebben zij ineens de kennis van (zwakbegaafde) jongeren in huis? Bovendien, hoorde ik vandaag niet dat de gemeentes met 10% gekort gaan worden?

 

Lichtpuntjes? Misschien zijn de bezuinigingen wel eens goed, dan wordt het onderliggende probleem van sociale desintegratie voelbaar. Of je dat zou moeten willen, vraag ik me af, maar argumenten blijken niet te werken.

Dit stuk is tegelijkertijd verschenen op het themablog over jeugdzorg en het falen ervan.